De staat van het voetbal

De bal is rond en de wedstrijd duurt negentig minuten

Tag archief: Radja Nainggolan

Teveel via klasseflitsen

Iets meer dan een week zijn de Rode Duivels nu bij elkaar ter voorbereiding op EURO 2016. Heel veel wijzer zijn we echter nog niet geworden wat betreft de staat van paraatheid van de nationale ploeg, aangezien veel oefensessies tijdens de stage in Zwitserland achter gesloten deuren plaatsvonden. Dat dat correcte berichtgeving soms verhindert is jammer. Zeker aangezien soms het verwijt valt dat de pers er weer eens naast zat in haar oordeel over bepaalde sportieve prestaties.

Het enige geschikte beoordelingsmoment was de oefeninterland tegen Zwitserland afgelopen zaterdag, maar ook dat moet met een korreltje zout worden bekeken worden aangezien de vele wissels het niveau in een vriendschappelijke wedstrijd niet ten goede komen en omwille van het feit dat Marc Wilmots nog geen beroep kon doen op zijn ganse kern door blessures en spelers met clubverplichtingen.

Toch kunnen de Duivels enkele belangrijke vaststellingen meenemen naar de rest van de voorbereiding. Ten eerste viel tegen Zwitserland het experiment achterin met Axel Witsel als rechtsback goed mee. De speler van Zenit Sint-Petersburg kwam nagenoeg nooit in de problemen. Bijna al het Zwitserse gevaar kwam langs de linkerflank. Natuurlijk zal Witsel nu niet bovenaan het lijstje staan van Marc Wilmots wanneer het gaat over het invullen van de rechtsbackpositie, maar het is goed om te weten dat er een extra alternatief voorhanden is.

Witsel werd echter samen met de geblesseerde Radja Nainggolan gemist op het middenveld. Moussa Dembélé kon al het goede dat hij het afgelopen seizoen bij Tottenham Hotspur niet doortrekken in de eerste oefeninterland bij de nationale ploeg. Samen met Marouane Fellaini zorgde hij niet voor het nodige evenwicht op het middenveld. Die laatste opstellen blijft bovendien een risico, want opnieuw liet hij zijn ellebogen gretig alle kanten opgaan. Al een geluk dat scheidsrechter Paolo Mazzoleni veel toeliet, maar wanneer het echt om de knikkers gaat, neemt Marc Wilmots maar beter in overweging of het wel de moeite is Fellaini te laten aantreden met het risico om vervolgens met een man minder verder te moeten.

Aanvallend was het meest positieve het doelpunt van Romelu Lukaku. Na zijn treffer in Portugal eind maart is het een goede zaak dat de oudste Lukaku opnieuw tot scoren komt. Voorheen werden er terecht vragen gesteld bij de vaak tegenvallende optredens van de aanvaller van Everton bij de nationale ploeg, maar meer en meer toont hij terecht aan helemaal bovenaan te staan wanneer het gaat over de pikorde bij de diepe spitsen.

Voor het overige verliep het vooraan veel stroever. De Rode Duivels bewezen voor een zoveelste keer dat wanneer de tegenstander zich terugtrekt en het spel aan hen laat, ze daar moeilijk mee om kunnen. Op dat vlak lijkt de ploeg maar geen progressie te kunnen boeken. Enigszins verontrustend op twee weken voor de start van een groot internationaal tornooi. Het team moet teveel rekenen op klasseflitsen van spelers als bijvoorbeeld Kevin De Bruyne. Tegen een goede middenmoter – zoals Zwitserland er een is – geraakt je daar nog mee weg, maar tegen topploegen volstaat dat meestal niet. Als de Rode Duivels verder willen mikken dan louter een plaats in de tweede ronde op het EK zal het dus de komende weken stukken beter moeten dan hetgeen ze in Zwitserland getoond hebben.

De bondscoach, die ploegde voort

Vorig week zondag in het GSP-stadion in Nicosia omstreeks 23.30u lokale tijd: de Russische scheidsrechter Vladislav Bezborodov maakt een einde aan de partij van de Rode Duivels tegen Cyprus. De stadionspeaker laat prompt het themanummer van de Muppet Show door de boxen gallen. Of er enig sarcasme mee gemoeid was weten we niet, maar de brave man – of vrouw natuurlijk, lang leve gendergelijkheid – had het haast niet beter kunnen kiezen. Ook al was er sowieso amper eer te halen in een land waar het zand op de stranden van groter belang is dan de grassprieten op de voetbalvelden, wat Kompany en co neerzetten was ongeveer van het slechtste dat we de afgelopen jaren van de nationale ploeg zagen.

Het feit dat de wedstrijd werd beslist door een klasseflits van het trio De Bruyne-Mertens-Hazard was ongeveer het enige positieve dat er te onthouden viel. Voor het overige was het huilen met de figuurlijke pet op. Veel individuele fouten en amper uitgespeelde aanvallen: we zijn nog niet eens half september, maar de Duivels leken eerder bezig aan een eindeseizoensmatch. Op enkele uitzonderingen na stonden ze inspiratieloos op de mat. Al een geluk dat er bij de thuisploeg geen Gareth Bale rondliep, want anders zou de avond er nog slechter hebben uitgezien.

Dankzij de 1-0 zege tegen Cyprus kunnen de Rode Duivels stilaan hun ticket voor EURO 2016 boeken, maar op veel gejuich moet dat niet worden onthaald. Met acht extra deelnemers in vergelijking met het EK drie jaar geleden in Polen en Oekraïne mag immers ongeveer elk Europees land – uitgezonderd misschien Vaticaanstad en Bobbejaanland – richting Frankrijk trekken. Nee, in plaats van een hoerastemming moet er dringend worden bekeken hoe het niveau van de nationale ploeg drastisch naar omhoog kan worden getrokken.

Na het WK in Brazilië beloofde bondscoach Marc Wilmots zijn ploeg veel dominanter te laten spelen om zo een antwoord te kunnen vinden op de tegenstand die wedstrijden tegen de Duivels steeds behoudener aanpakt, maar echt progressie hebben we het team na tachtig procent van de kwalificatiecampagne achter de rug nog niet zien boeken. De inbreng van Radja Nainggolan was een pluspunt – hoe is het mogelijk dat zo’n speler er vorig jaar niet bij was op het WK – maar daarnaast blijft het team ter plaatse trappelen.

In zo’n omstandigheden komt al snel de coach in het vizier. Het is niet de populairste mening om te verkondigen, maar in een ideale wereld zou Marc Wilmots zo snel mogelijk vervangen moeten worden, nog liever vandaag dan morgen. Topspelers verdienen een topcoach en dat is het Kampfschwein voor alle duidelijkheid niet. Zijn eerdere coachingsopdrachten bij Schalke 04 en STVV draaiden telkens op een sisser uit en bij de nationale ploeg werd hij meermaals tactisch afgetroefd door zijn collega’s op de andere bank. Ook omdat hij maar niet wil afwijken van zijn 4-3-3-opstelling met een nochtans aanvallend ingestelde speler als Witsel als verdedigende middenvelder en Benteke als eerste keuze in de spits. Wat er ook mag gebeuren: de bondscoach, die ploegt voort. Natuurlijk kan je opwerpen dat de spelers ook een verantwoordelijkheid te dragen hebben, maar een trainer heeft dan net de taak zijn ploeg te prikkelen. Daar lijkt Wilmots niet in te slagen, te weinig alleszins.

In het glazen bondsgebouw aan de Brusselse Houba de Strooperlaan lijkt echter niemand geneigd het ontslag van de bondscoach op tafel te leggen. De vele personeelswissels binnen de technische staf en de omkadering bewijzen dat de machtspositie van Wilmots groot is en de KBVB en hij lijken wel onlosmakelijk met elkaar verbonden. Als het gênante geflirt met Schalke 04 ons één ding leerde, is dat er nagenoeg geen clubs staan te springen om de coach een contractvoorstel aan te bieden en de bond moet op zijn beurt de vinger aan de knip houden. Een ontslagvergoeding uitbetalen en een betere (en dus duurdere) vervanger aantrekken zou de KBVB financieel te veel pijn doen. Als de opvolger een Belg moet zijn is de spoeling overigens flinterdun. Eric Gerets is op pensioen en Michel Preud’homme ligt nog onder contract, nota bene bij het Club Brugge van bondsopposant Bart Verhaeghe.

Daarom moet er gezocht worden naar de minst slechte oplossing. Met de kwalificatie als reekshoofd zo goed als op zak en nog negen maanden te gaan voor de start van EURO 2016 is er voldoende tijd om te experimenteren. Geef De Bruyne een centrale rol, probeer eens een tweespitsensysteem met Batshuayi en posteer Witsel opnieuw iets hoger; de mogelijkheden zijn legio. Zeker met oefenwedstrijden tegen Italië en Spanje in het vooruitzicht, ploegen die op het EK ook concurrenten zullen zijn van de Rode Duivels. De komende maanden zullen dus cruciaal worden voor de ambities van de nationale ploeg, maar er is nog hoop.

Geen valse bescheidenheid

De Rode Duivels kunnen met een gerust gemoed het vanavond tegen Israël opnemen. De generale repetitie in het Koning Boudewijnstadion zaterdagavond was meer dan geslaagd. Tegen Cyprus leek er vooraf beschouwd niet veel te winnen, maar toch zetten Kompany en co een zeer degelijke prestatie neer. Het werkpunt bij uitstek voor deze campagne, een tegenstander die zich ingraaft vakkundig slopen, bleek ineens geen probleem meer te zijn. Zet vanaf minuut één hoog druk en voeg wat klasseflitsen toe en zie daar het recept van chef-kok Marc Wilmots. Een welverdiende acht zou een kandidaat uit Komen Eten zeggen.

De tactische keuzes van Wilmots werden in het verleden meermaals op de korrel genomen, maar zaterdagavond bleek zijn driehoek op het middenveld Nainggolan-Fellaini-Witsel een uitstekende zet te zijn. De Antwerpenaar op de zes posteren en Witsel een rij naar voor schuiven wierp duidelijk zijn vruchten af. Witsel speelt als verdedigende middenvelder veel te behoudend. Altijd maar een pass opzij, het was om gek van te worden en bracht weinig tot niets bij. Hoger kan de speler van Zenit Sint-Petersburg zich veel offensiever uitleven, een rol die hem beter ligt . Daarnaast heeft Nainggolan de voorbije wedstrijden bij de nationale ploeg nooit teleurgesteld en hij kroonde zich ook nu opnieuw tot een van de uitblinkers.

Die experimentele driehoek schreeuwt om een vervolg. Israël zal zich presenteren als een stevigere tegenstander dan Cyprus, maar deze generatie Duivels kan niet offensief genoeg spelen. Nog nooit beschikten we over zo’n creatieve lichting. Dat niet benutten is een doodzonde.

Bovendien moeten we Israël ook niet sterker voorstellen dan het team eigenlijk is. Het is een beetje het klassieke patroon in de aanloop naar elke wedstrijd. “Er zijn geen zwakke ploegen meer in Europa”, “Wie kan winnen tegen ploeg x, is altijd gevaarlijk, “We hebben heel veel respect voor onze tegenstander”, en zo verder. Wanneer het aankomt op de klassieke voorbeschouwingen op een match gaat bij elke coach tegenwoordig de zak met clichés gretig open. Nutteloos en absurd eigenlijk. Valse bescheidenheid is even misplaatst als overdreven arrogantie. Wie meteen na het recentste WK de ambitie toont om op EURO 2016 voor de prijzen te willen spelen moet tegen een Israël dat alleen in 1970 de eindronde haalde van een groot tornooi – het WK in Mexico – zelfbewuster zijn en gewoon zeggen waar het op staat: de Rode Duivels kunnen vanavond in Jeruzalem alleen maar tevreden zijn met een eenvoudige overwinning.

Waarom het Antwerpse voetbal niet op sterven na dood is

“Nooit zat het Antwerpse voetbal dieper dan nu”. Het was afgelopen weekend in een Vlaamse krant de kop van een opmerkelijk stuk. Twee pagina’s lang werd er een ontnuchterende stand van zaken gemaakt van het voetbal in de noordelijkste provincie van ons land. Cijfermatig valt er tegen de analyse weinig in te brengen. Nog nooit kon een Antwerpse club een ticket bemachtigen voor play-off 1 en van de drie huidige vertegenwoordigers in de eerste klasse vinden we de eerste, KV Mechelen, pas op de elfde plaats terug.

Dat terwijl de provinciehoofdstad al twee seizoenen lang van voetbal op het hoogste niveau verstoken blijft. Beerschot, sinds 2013 omgedoopt tot Beerschot-Wilrijk, probeert zich na een tweede faillissement in veertien jaar tijd terug te knokken vanuit de kelders van het nationale voetbal, Antwerp dat een schuldenlast van ongeveer 22 miljoen euro met zich meetorst, verkommert al een decennium in de tweede klasse en wat betreft Berchem Sport moesten we de online zoekrobot raadplegen om op te zoeken sinds wanneer geel-zwart niet meer in de hoogste afdeling actief is, 1987 voor de quizzers. Geen fraai beeld dus voor de stad die pretendeert een metropool te zijn. Besluiten dat het voetbal in Antwerpen dood is, zeker in het geval van de koekenstad, is echter een brug te ver.

Zowel Beerschot-Wilrijk als Antwerp hebben zware tijden meegemaakt of zitten momenteels zelfs nog in financieel slechte papieren, maar aan de toeschouwersaantallen bij wedstrijden valt daar niets van te merken. Afgelopen zaterdagavond zaten er voor de derby tussen Beerschot-Wilrijk en de City Pirates uit Merksem opnieuw 8.000 toeschouwers in het Olympisch Stadion. Onwezenlijk voor vierde klasse, een afdeling waar de meeste clubs al tevreden zijn met 300 supporters. De tocht naar de Jupiler League zal nog enkele jaren in beslag nemen, maar wat betreft de sfeer zit het al snor op het Kiel.

Enkele kilometers verder in Deurne Noord laten de Antwerpfans zich ook niet afschrikken door de donkere jaren in tweede klasse. Desondanks al de sombere berichten over transferverboden, licentieperikelen en financiële problemen blijft de Bosuil aardig gevuld bij wedstrijden in eigen huis en op verplaatsing overstemmen de rood-witte supporters vaak de thuisaanhang. Beide clubs hebben dus een voldoende grote fanbasis om in eerste klasse mee te strijden met de top. Het potentieel van zowel Antwerp als Beerschot-Wilrijk ligt immers veel hoger dan hetgeen er nu bereikt wordt.

Er zijn bovendien nog andere factoren die er op wijzen dat het echt wel de goede kant kan uitgaan met het voetbal in Antwerpen. Naast de economische kracht van de bedrijfswereld en de haven, volstaat daarvoor een avondje Match of the Day kijken. Toby Alderweireld, Jan Vertonghen, Moussa Dembélé en Ritchie De Laet, allen actief in de Premier League zijn voor een groot deel opgeleid in Antwerpen en verder zijn ook andere Antwerpenaren als Radja Nainggolan en Thomas Vermaelen in het buitenland bij topclubs actief.

Alderweireld en co tonen aan dat Antwerpen geen voetbalwoestijn is. Door het sportief verval de afgelopen jaren hebben zowel de jeugdopleiding van Antwerp als die van Beerschot(-Wilrijk) rake klappen gekregen en bijgevolg amper werk kunnen maken van doorstroming van de jeugd naar het A-elftal, maar op de pleintjes in de stad blijft het van het talent bulken. Het is daar waar de meest pure vorm van het spelletje beoefend wordt dat de voedingsbodem ligt voor de toekomst van het Antwerpse voetbal. De kiemen zijn al gezaaid, nu is het nog wachten op een goede oogst.

Geslaagde openingskilometer

Omwille van het uitstellen van de interland in en tegen Israël hebben we er een maand langer dan voorzien op moeten wachten, maar uiteindelijk zijn de Rode Duivels toch begonnen aan hun kwalificatiecampagne voor EURO 2016 in Frankrijk. Met succes, met een vier op zes hebben de Belgen hun start niet gemist.

Over de openingspartij tegen Andorra moeten niet al te veel woorden worden vuilgemaakt. In wedstrijden tegen een allegaartje van tuinmannen, receptionisten en kleuterleiders valt weinig eer te rapen, maar toch slaagden Kompany en co erin een vol stadion na het laatste fluitsignaal met een tevreden gevoel naar huis te sturen. Er werd wervelend voetbal geserveerd op de Heizel, gekruid met technische hoogstandjes en een paar fraaie doelpunten. Ook al is het dan maar tegen Andorra en zijn wedstrijden als deze eigenlijk niet meer van deze tijd, de prestatie van de Duivels was een mooie openingskilometer van de weg naar Frankrijk.

Dat die weg enkele verraderlijke bochten kan bevatten werd enkele dagen later duidelijk in Bosnië-Herzegovina. Het was bij momenten pompen of verzuipen voor de Belgen in Zenica. De stap vooruit die de Duivels zouden moeten zetten om na het WK verder te blijven groeien was nog niet te bespeuren. Daarvoor speelden ze te slordig en gaven ze te veel ruimte weg. Edin Dzeko en Miralem Pjanic, de enige spelers bij Bosnië-Herzegovina die het verschil kunnen maken, zullen ongetwijfeld al moeilijkere avonden meegemaakt hebben.

Marc Wilmots heeft dus nog een stevige brok huiswerk voor de boeg wil hij met zijn team hoge ogen gooien binnen twee jaar in Frankrijk, maar ondermaats was de prestatie nu ook weer niet. In de eerste plaats omwille van het resultaat. Een gelijkspel op bezoek bij de dichtste concurrent voor de eerste plaats in de poule is een gewonnen punt, geen verloren. Daarnaast verdient het openingskwartier van de Duivels van zowel de eerste als de tweede helft een eervolle vermelding. In dat halfuur speelden de Belgen zoals het handboek ‘Succesvol zijn op een EK’ het voorschrijft. De Bosniërs werden toen in eigen huis in het defensief gedwongen. Iets dat nog maar weinig ploegen ooit gelukt is.

Bovendien is het ook een boeiende vaststelling dat de concurrentie binnen de Belgische kern alsmaar groter wordt. Radja Nainggolan was er al een paar keer bij, maar lijkt na de afgelopen twee interlands stilaan definitief zijn doorbraak te hebben geforceerd. De middenvelder van AS Roma combineerde in Zenica en Brussel een over-mijn-lijk-mentaliteit met een technisch zeer sterke speelstijl. De geboren Antwerpenaar louter als een breker bestempelen is dus intellectueel oneerlijk. Offensief droeg hij afgelopen week meer dan voldoende zijn steentje bij. Hij zal Marc Wilmots binnen een maand wanneer de wedstrijden tegen IJsland en Wales op het programma staan voor een nog moeilijkere keuze zetten wanneer de elf basispionnen op het bord moeten worden gezet.

Dat is maar goed ook, want op sommige posities bij de Rode Duivels zoals centraal in de verdediging na het pensioen van Daniel Van Buyten is de spoeling niet al te groot. Met het oog op de EK-kwalificatie zal dat niet voor problemen zorgen, aangezien 24 ploegen recht hebben op een ticket richting Frankrijk, maar indien de Duivels op de eindronde potten willen breken moet de strijd voor een plaatsje in het elftal nog aangescherpt worden.

De perfecte WK-kern bestaat niet

Verrassend, dat is het minste wat er gezegd kan worden over de WK-selectie van bondscoach Marc Wilmots. Ten eerste wat betreft het aantal spelers. Vooraf kondigde de Houba de Strooperlaan aan dat er een voorselectie van 26 Duivels zou worden meegedeeld, die na de oefeninterlands verder herleid zou worden tot de vereiste groep van 23. Maar Wilmots koos ervoor meteen zijn definitieve kern mee te delen, met uitzondering van de door een blessure onzekere Koen Casteels, waarvoor Anderlechtdoelman Silvio Proto stand-by staat.

Een slimme zet van het Kampfschwein. Zo wordt er tijdens de voorbereiding – die sowieso al met een vergrootglas gevolgd zal worden in binnen- en buitenland – een heleboel extra gespeculeer in de media vermeden over wie de ongelukkigen zullen zijn die in laatste instantie een ticket richting Brazilië mislopen. En ook voor de spelers is dat voordeel van de duidelijkheid positief. Iedereen die zich moet concentreren op WK, kan dat op deze manier ook zo doen.

Net zo verrassend zijn de namen van sommige geselecteerden. Vooral Divock Origi, het bij het grote publiek onbekende negentienjarig talent dat dit seizoen doorbrak bij het Franse Lille. In mindere mate eveneens Adnan Januzaj. Beiden speelden nog geen minuut voor de nationale ploeg, laat staan dat ze met hun teamgenoten vertrouwd zijn. Ze meteen met de groep meesturen voor een periode van minstens een maand op een groot tornooi waar iedereen op elkaars lip zal leven, kan dus een mogelijk probleem vormen. De kregelige reactie van Kevin Mirallas enkele weken geleden toen bekend werd gemaakt dat Adnan Januzaj zich oproepbaar stelde voor de nationale ploeg, is wat dat betreft een teken aan de wand.

Toch moet er ook begrip zijn voor de keuzes van Marc Wilmots. Om enkele certitudes als Vincent Kompany, Eden Hazard en Thibaut Courtois kan je moeilijk heen als ze fit zijn, maar nog nooit was de concurrentie binnen de nationale ploeg zo groot. Eender welke keuze van de bondscoach zou dus bekritiseerd worden. Zolang de FIFA geen grotere selecties toelaat, bestaat de perfecte WK-kern niet.

Als de strijd om de tickets naar Brazilië zeer groot is, gaan er ook andere factoren een rol spelen. Radja Nainggolan (in opspraak gekomen voor vermeend partnergeweld) en Michy Batshuayi en Maxime Lestienne (een tijd geleden disciplinair geschorst bij de nationale beloften) scoorden los van hun sportieve kwaliteiten geen goede punten naast het veld. En daar is Marc Wilmots zeer gevoelig voor. Wie zich niet schikt naar de opgelegde groepsregels vliegt er onverbiddelijk uit bij hem. Wilmots wil zo weinig mogelijk risico’s nemen en dat kan je hem moeilijk kwalijk nemen.

De bondscoach kijkt ook verder dan zijn neus lang is. Het WK in Brazilië is geen eindpunt voor deze generatie Duivels, maar vers bloed ervaring laten opdoen op een groot internationaal tornooi werpt op lange termijn zeker zijn vruchten af. Dat een ancien als Timmy Simons daarvoor moet wijken is hard, maar volledig conform de wetten van de topsport. Op het hoogste niveau is er weinig plaats voor sentiment, hoe jammer dat ook gevonden kan worden.

 

Evenwichtsoefening

Het voetbal houdt momenteel – met uitzondering van de Confederations Cup in Brazilië – een zomerslaap, maar de transfermarkt draait ondertussen op volle toeren. Daarbij zijn niet zelden Belgische spelers betrokken.

Zo werd afgelopen weekend duidelijk dat de overgang van Dries Mertens van PSV Eindhoven naar Napoli zo goed als rond is en bevestigde Atletico Madrid dat Chelseahuurling Thibaut Courtois een jaar langer het doel zal verdedigen van de stadsgenoot van Real. Zijn collega-doelman Simon Mignolet staat dan weer op zijn beurt op het punt een contract te ondertekenen bij Liverpool en ook andere Rode Duivels zoals Nacer Chadli, Axel Witsel, Toby Alderweireld en Radja Nainggolan zijn grof wild in het vizier van verschillende Europese clubs.

De interesse in Belgische spelers is niet nieuw, maar neemt elk jaar grotere proporties aan. De cijfers zijn duidelijk. Vergelijken we de huidige selectie met de lichting die actief was op het WK in Japan en Zuid-Korea elf jaar geleden, dan zien we dat de gezamenlijke transferprijzen van de spelers vervijfvoudigd zijn van 50 miljoen euro naar 250 miljoen. Een bedrag dat de komende tijd alleen maar zal toenemen.

En ook de namen van de clubs duiden het verschil. Onder leiding van Robert Waseige waren slechts acht van de 23 spelers uit de WK-selectie in 2002 actief bij een buitenlandse club. En dan nog bij niet bepaalde ronkende namen als Willem II, Hertha Berlijn en Derby County. Voor de meest recente interland deed huidig bondscoach Marc Wilmots daarentegen een beroep op slechts drie spelers uit onze vaderlandse competitie (als we Timmy Simons er bij rekenen die twee weken geleden de overstap maakte van het Duitse Nürnberg naar ‘zijn’ Club Brugge) en ze kwamen bovendien allen niet van de bank.

De namen van teams waarmee ons om de oren wordt geslagen duiden het talent van de huidige groep Rode Duivels en hun gretigheid om door te stoten tot de wereldtop. Ze nemen niet langer genoegen met een plek bij een middenmoter uit de Nederlandse of Franse competitie, maar beschouwen zo’n club eerder als een lanceerplatform naar het universum van Barcelona en co.

Daarbij moeten we echter de kanttekening maken dat de Duitse competitie, die dit jaar bewezen heeft stilaan te zijn uitgegroeid tot de nieuwe place to be in het voetballand opmerkelijk over het hoofd wordt gezien door onze Duivels. Daniël Van Buyten pendelt er nog tussen de basis en de bank bij Bayern en Igor de Camargo (uitgeleend door Borussia Mönchengladbach) en Koen Casteels zijn er nog actief bij staartploeg Hoffenheim, maar de Engelse Premier League lijkt met haar traditie en uitstraling nog steeds de voorkeur weg te dragen bij Vincent Kompany en zijn ploegmaats.

De honger voor een plaats bij een topclub is groot. Zeker omdat dat de kansen doet toenemen op een van de (dure) plekjes in de selectie en de basiself van bondscoach Marc Wilmots. Wilmots zal evenwel ongetwijfeld bij zijn keuze ook de factor speelgelegenheid in overweging nemen. Duivels met verhuisplannen denken dus maar beter twee keer na bij deze delicate evenwichtsoefening.

Zal bijvoorbeeld Dries Mertens bij Napoli, niet toevallig het nummer twee uit de Serie A van afgelopen seizoen, zich van een basisplaats kunnen verzekeren, wat met Simon Mignolet die bij Liverpool waarschijnlijk de strijd zal moeten aangaan met de ervaren Spanjaard Pepe Reina en kunnen de drie Chelseabelgen Eden Hazard, Kevin De Bruyne en Romelu Lukaku zich onder hun nieuwe coach José Mourinho doorzetten? Het zal vanuit de Houba de Strooperlaan allemaal met argusogen worden gevolgd.