Het voetbalseizoen 2012-2013 zit er na de finale van de Confederations Cup afgelopen weekend op. Al is een einde natuurlijk zeer relatief, rekening houdend met het feit dat alle Belgische eersteklassers reeds volop in de voorbereiding op de nieuwe competitie zitten. Het voetbal is een kind van de moderne samenleving: 24 uur op 24, zeven dagen op zeven. Een rijk waar de zon nooit onder gaat.
De finale van de Confederations Cup tussen Brazilië en Spanje kon weliswaar nooit beklijven, maar was toch een aardige meevaller voor wie besloten had laat op te blijven. De factor Neymar had daar voor een groot deel mee te maken. Hij bewees nog maar eens de ster van het tornooi te zijn. Met weeral een doelpunt had hij een groot aandeel in de zege en de vierde eindoverwinning in de geschiedenis van de competitie tussen de kampioenen van de verschillende continenten, de wereldkampioen en het gastland dat volgend jaar het WK organiseert. Bovendien was het net zoals zijn overige drie treffers een pareltje. Neymar bezit de zeldzame gave om schoonheid aan efficiëntie te koppelen. Een Picasso die even goed muren kan witten.
Spelers als Neymar zijn ook broodnodig voor het voetbal in het algemeen. Altijd dat tikkeltje controverse opzoeken, een paar straffe uitspraken in de media en af en toe een rode kaart. Zo werd hij twee jaar geleden eens uitgesloten, omdat hij tijdens de wedstrijd een doelpunt vierde met op zijn gezicht een masker van zichzelf. Een beetje bad boy gehalte is het peper en zout van de sport.
In dat opzicht zijn er sterke gelijkenissen met het Italiaanse enfant terrible Mario Balotelli. Alleen wisselt die laatste te vaak briljante ingevingen af met momenten waarop je evengoed naar het testbeeld van je televisie kan zappen. Neymar compenseert daarentegen zijn uitschuivers steeds met een karrenvracht aan doelpunten. In 103 wedstrijden bij het Braziliaanse Santos vond hij 54 keer de weg naar de netten. Bij de nationale ploeg zit hij na 39 selecties aan 24 treffers.
Maar hoe zeer hij de Confederations Cup naar zijn hand zette, het kon niet verbergen dat de Seleção allesbehalve indruk maakte op de officieuze generale repetitie voor het WK van volgend jaar. De huidige generatie valt in het niets uit wanneer er vergeleken wordt met het tijdperk van Rivaldo en Ronaldo en al helemaal wanneer dezelfde oefening wordt gemaakt met de ploegen van Bebeto en Romario of Pelé en Garrincha.
De winst van het tornooi kunnen we zeker als verdiend bestempelen, maar moet ook gerelativeerd worden. De tegenstand – Spanje voorop – liet vooral blijken dat dit tornooi de hindernis te veel was in het lange seizoen. Net zoals op de vorige editie in Zuid-Afrika trouwens, waar La Furia Roja zich knullig in de halve finale liet uitschakelen door de Verenigde Staten, maar respectievelijk één en drie jaar later de puntjes op de i zette door de WK- en EK-titel in de wacht te slepen.
Bovendien mogen we ons op de prestaties van Brazilië op de Confederations Cup niet blind staren. Dat de selectie van Scolari de voorbije jaren door een reeks van slechte resultaten in oefeninterlands is weggezakt naar de 22ste plek op de FIFA-ranking, een historisch dieptepunt, mag zeker niet vergeten worden. Neen, dit Brazilië is dus zeker niet de topfavoriet om volgend jaar in eigen land voor een zesde WK-eindzege te strijden.
Wel zullen we ondertussen benieuwd zijn of Neymar zijn stempel zal kunnen drukken bij zijn nieuwe ploeg Barcelona. En of er uiteindelijk zal geluisterd worden naar de stem van de duizenden Brazilianen die terecht het parasiterend gedrag van de FIFA en de exorbitante bedragen die de overheid aan het WK spendeert aanklagen. Nog meer dan Neymar, waren de demonstranten het gegeven dat we zullen onthouden van deze Confederations Cup.