Georges Leekens als trainer van Club Brugge is niet meer. Binnengehaald als de grote redder op een woelige lentezondag. Naar de uitgang geduwd op een kille avond in november. Daar hoeven we niet diep geëmotioneerd over te zijn. Zijn ontslag stond in de sterren geschreven en de oorzaak ervan moet hij voor een groot deel bij zichzelf zoeken.
De missie van Mac the Knife had eigenlijk op voorhand al averij opgelopen. De overstap naar Club Brugge vijf maanden geleden lijkt achteraf gezien de bizarre carrièrewending te veel van Leekens te zijn geweest. Waar hij vroeger mee weg scheen te geraken, lukte deze keer niet meer. De beelden van zijn kafkaiaanse persvoorstelling in de catacomben van het Jan Breydelstadion staan nog steeds in iedere voetballiefhebber zijn geheugen gegrift. Nog dagelijks worden er op Twitter en Facebook mopjes over de ‘90%-uitspraak’ gemaakt. Toen al had hij veel krediet bij de fans en de media verloren.
Ook tijdens zijn feitelijke ambtstermijn heeft Leekens fouten gemaakt die zijn ontslag rechtvaardigen. Een trainer die slechts twee punten uit de voorbije zes competitiewedstrijden weet te puren en niet kan winnen tegen Oud-Heverlee Leuven, Lokeren, Lierse en Zulte Waregem is altijd kwetsbaar. Dat kunnen uitschuivers zijn, maar het probleem van Club en dus ook van Leekens lag dieper. Nooit was er dit seizoen enige lijn in het spel van blauw-zwart te herkennen. Er stonden weliswaar steeds elf spelers op het veld, maar geen team. Los zand dat tussen de zoden van de grasmat viel.
Daarnaast deden de namen van de spelers die Georges Leekens het veld opstuurde bij velen soms de wenkbrauwen fronsen. Waarom bijvoorbeeld Carlos Bacca die Brugge vorig seizoen ei zo na nog kampioen maakte de eerste drie duels aan de kant moest blijven staan, begrijpt niemand. Te meer omdat de Colombiaanse aanvaller nu goed is voor meer dan dertig procent van de gemaakte competitiedoelpunten van Club. Ook de spelers leken Leekens soms niet te begrijpen. Enkele van hen gaven zelf aan dat ze soms het veld opstapten zonder goed te beseffen wat hun taak was. Dan zit je als trainer met een huizenhoog probleem.
Het is echter onfair en niet correct om de schuld van het falen van het huidige Club Brugge volledig in de schoenen te schuiven van Georges Leekens. Iedereen binnen blauw-zwart heeft boter op het hoofd. De spelers mogen best klagen over de onduidelijke richtlijnen van hun coach, maar dat praat hun wanprestaties niet goed. De wedstrijd van eergisteren tegen Zulte Waregem was daarbij tekenend. Passes die de mist in gingen, combinaties die fout afliepen, ontelbaar aantal verloren duels. Als de spelers al voor hun coach wilden strijden, is dat grandioos mislukt.
Er moet ook gewezen worden naar het bestuur, belichaamd door Bart Verhaeghe en Vincent Mannaert. Allebei producten van de business school en dito imago. Als je ze door je straat zou zien lopen, zou je zo denken dat het louche stofzuigerverkopers zijn.
Het waren zij die Georges Leekens koste wat kost wilden aanstellen als coach, daarbij flirtend met de grenzen van het toelaatbare. Het zijn zij die denken dat je met personal perfomance centres, conversation managers en andere yuppietermen van een bescheiden ploeg een Europese topper maakt. Het zijn zij ook die de transferpolitiek voeren. Een politiek die zich tot nu toe kenmerkte door een hoge kwantiteit, maar een eerder lage kwaliteit. De laatste jaren zijn er tientallen nieuwe spelers aangetrokken, maar slechts weinigen konden echt overtuigen. De vele blessures kunnen daarbij geen excuus zijn. Zeker niet voor een club die er prat op gaat haar spelers professioneel te begeleiden.
Verhaeghe en Mannaert hebben nu de opdracht om naar een vervanger voor Leekens te speuren (als dat al niet gebeurd is tenminste). Daarbij wordt vooral gekeken naar Trond Sollied en Peter Maes. KBVB-voorzitter François De Keersmaecker kan echter maar beter het zekere voor het onzekere nemen en zijn bondscoach Marc Wilmots op afzondering sturen, zonder gsm of internetverbinding en ver weg van West-Vlaanderen.