De staat van het voetbal

De bal is rond en de wedstrijd duurt negentig minuten

Tag archief: Georges Leekens

Comical Ali

Wat een droevige dag voor het Belgische voetbal. Dankzij een gunstige loting leken de halve finales op EURO 2016 binnen handbereik, maar niet de Rode Duivels maar Wales is vanavond de tegenstander van Portugal in Lyon. Godbetert Wales, naast superster Gareth Bale vooral bekend van …, tja van wat eigenlijk? Natuurlijk hebben de Welshmen hun plaats in de halve finales dubbel en dik verdiend, maar hoe meer tijd er verstreken is na die verduivelde vrijdagavond in Lille, hoe meer de overtuiging leeft dat de Belgen de oorzaak van de uitschakeling vooral bij zichzelf moeten zoeken.

Tot de twintigste minuut was er in de kwartfinale geen vuiltje aan de lucht voor de Rode Duivels, maar plots was het allemaal voorbij. Aan het talent kan het alvast niet liggen. Niet veel Welshmen zouden immers een stek in de Belgische basiself hebben. Ik kan me vooral niet van de indruk ontdoen dat de  Rode Duivels tactisch overtroefd werden. In de eerste helft toen er na de 1-0 massaal achteruit getrokken werd en in de tweede helft toen het enige antwoord van Marc Wilmots de inbreng van Marouane Fellaini was. Dat de nationale ploeg de strijd aan het verliezen was op het middenveld en daarom vooral een balvaste speler als Moussa Dembélé nodig had, was de bondscoach blijkbaar ontgaan.

Met dit stuk heb ik niet de bedoeling van Wilmots de zondebok te maken, want een nederlaag heeft altijd meerdere vaders, zeker in een ploegsport. Maar dat neemt niet weg dat de bondscoach een verpletterende verantwoordelijkheid draagt. Toen hij in de lente van 2012 het roer overnam van Georges Leekens deed hij het aanvankelijk verre van slecht, maar sinds het WK in Brazilië kan er niet anders vastgesteld worden dan het feit dat de Rode Duivels niet de nodige progressie hebben geboekt. Integendeel, op clubniveau zetten bijna alle spelers stappen vooruit, maar bij de nationale ploeg ging de curve sinds 2014 naar beneden. Zeer onrustwekkend aangezien de meeste Rode Duivels nu op de leeftijd gekomen zijn waarop ze normaal gezien op hun topniveau moeten zitten.

Dat Wilmots niet de meest tactisch onderlegde coach is, is reeds genoegzaam bekend, maar dat zou op zich niet erg zijn als hij zich in zijn technische staf liet omringen door ervaren mensen. Dat is echter niet het geval. Naast een fysical trainer en een keeperscoach is er alleen nog Vital Borkelmans die weliswaar zijn strepen als voetballer verdiend heeft, maar als coach alleen een passage bij Dender in de tweede klasse op zijn cv heeft prijken. Zeer magertjes voor spelers die bij hun clubs met de coaches ter wereld werken. Al lijkt dat helemaal in de filosofie te passen van de bondscoach. Zijn wil is wet in de nationale ploeg. Wie daar problemen mee heeft, vliegt er zonder pardon uit. Onder meer Lieven Maesschalck en Philippe Vande Walle kunnen er over meespreken.

Wat echter misschien nog meer irriteert is het feit dat Marc Wilmots zijn verantwoordelijkheid niet durft op te nemen, ook op het EK. Het wegsturen van Nicolas Lombaerts was volgens hem de schuld van de medische staf die een foute diagnose had gesteld – maar niets weerhield hem ervan de Zenitverdediger in de selectie te houden en Kabasele als vervanger achter de hand te houden in plaats van omgekeerd – en de nederlaag tegen Wales wijtte de bondscoach aan individuele fouten van zijn spelers. Dat is hetzelfde alsof een generaal die de oorlog verloren heeft zou zeggen dat zijn manschappen maar beter hadden moeten schieten. Wilmots, de Comical Ali van het Belgische voetbal.

Al is er echter ook nog goed nieuws. Ook bij de KBVB is het stilaan doorgedrongen dat het boek Wilmots stilaan gesloten moet worden. Het lijkt enkel nog een kwestie van het eens te geraken over de financiële kant van het ontslag vooraleer er gezocht kan worden naar een geschikte opvolger. Kandidaten genoeg, wie zou er immers niet met een getalenteerde groep als de Rode Duivels willen werken? En is negentig procent van het werk niet al gedaan?

Huiswerk en ironie

Het contrast tussen de twee interlands waarmee de Rode Duivels een punt achter hun seizoen hebben gezet kan niet groter zijn. In Parijs tegen Frankrijk zagen we bijna twee weken geleden ongeveer het beste wat de nationale ploeg onder Marc Wilmots heeft laten zien. Totdat de vele wissels de partij deden doodbloeden was België heer en meester in het Stade de France. Efficiënt vooraan en defensief zo goed als niets weggegeven. De 75.000 aanwezige Fransen werden er stil van.

De 3-4 zege was een zeer bemoedigende prestatie die echter geen vervolg kreeg in de match waarin het echt moest gebeuren een kleine week later, op verplaatsing in Wales. In Cardiff vervielen de Duivels in het andere uiterste. Uitgezonderd het eerste kwartier van de partij konden Eden Hazard en co nooit aanspraak maken op enig succes. Het inspiratieloze voetbal ging gepaard met een veel te laag tempo en offensief draaide het ook helemaal in de soep. Dan kom je zelf tegen een ploeg als Wales in de problemen. Want laat ons wel wezen: de Welshmen beschikken weliswaar over ene Gareth Bale en Aaron Ramsey, maar overstijgen voor het overige niet de grijze middelmaat. Bondscoach Chris Coleman moest zelfs rekenen op de doelman van de Tranmere Rovers – Owain Fôn Williams voor de quizzers – dat dit seizoen uit de Engelse vierde klasse degradeerde om zijn selectie rond te krijgen.

Met nog vier kwalificatiewedstrijden voor de boeg is de uitschuiver van de Belgen in het Cardiff City Stadium nog zeker niet fataal wat betreft het ticket voor EURO 2016, ook omdat de UEFA zo goed was om het aantal deelnemers uit te breiden van 16 naar 24. Wat echter wel vaststaat is dat de nederlaag Marc Wilmots met een hele hoop huiswerk voor de vakantie heeft opgezadeld, willen de Duivels de vooropgestelde ambitie waarmaken: voor het allerhoogste gaan. Het is altijd gevaarlijk om conclusies te trekken op basis van één wedstrijd, maar in vergelijking met de thuismatch tegen Wales midden november van vorig jaar is de ploeg ter plaatse blijven trappelen. Nog steeds kan er geen antwoord worden gevonden op een tegenstander die zich ingraaft en rekent op een blunder van de opponent of een eigen klasseflits om de drie punten veilig te stellen. Ongetwijfeld ook andere teams zullen in de toekomst op die manier de Rode Duivels proberen te bekampen. Er moet dus heel snel wat gebeuren.

Het is evenwel maar de vraag of Wilmots de nodige oplossingen kan aanreiken. De bondscoach die drie jaar geleden Georges Leekens opvolgde heeft nooit geboekt gestaan als een tactisch genie en heeft de afgelopen weken bovendien zijn kwaliteiten als motivator op de helling gezet. Wilmots mag bij hoog en bij laag blijven volhouden dat hij zelf niet gesolliciteerd had voor de positie van hoofdcoach bij Schalke 04, maar dat verhaal gelooft ongeveer niemand meer. Waarom is hij anders onlangs in zee gegaan met een nieuwe zaakwaarnemer – topmanager Jorge Mendes note bene – en wachtte hij zolang om het nieuws te communiceren aan het publiek, de spelers en de bondstop dat hij toch bij de Rode Duivels zou blijven als hij dat naar eigen zeggen al een week wist? Nu moet de nationale ploeg verder met een coach die zijn elftal als een tweede keuze beschouwt, niet meteen een goede voedingsbodem voor succes.

Wilmots start in september tegen Bosnië en Herzegovina en Cyprus met minder krediet, maar moet nog niet meteen vrezen voor zijn job. Simpelweg omdat er geen kandidaat-opvolgers zijn. De enige twee valabele alternatieven – Eric Gerets en Michel Preud’homme – zijn allebei om uiteenlopende redenen onhaalbaar en ook de KBVB is niet meteen geneigd om een ontslagvergoeding uit te betalen en een stevig contract voor een opvolger te voorzien. De bond moet immers de financiële broeksriem stevig aanhalen na jaren waarin het geld net iets teveel door deuren en ramen naar buiten werd gegooid. Onder meer ook door Marc Wilmots zelf, herinner bijvoorbeeld de 100.000 euro die per se nodig was om de spelers extra beenruimte te geven op hun vlucht naar Israël in maart. Enige ironie is het Belgische voetbal nooit vreemd geweest.

Geen kansloze missie

Helemaal zeker is het nog niet, maar normaal gezien wordt Frank Vercauteren de nieuwe coach van Racing Genk. Enigszins verrassend, omdat de Brusselaar drie jaar geleden met slaande deuren vetrok bij de Limburgse club naar het Midden-Oosten en pas sinds juni aan het roer stond bij de Russische tweedeklasser FC Krylia Sovetov Samara. Het toont nog maar eens de relativiteit aan van de waarde van een contract in de wereld van het voetbal. Georges Leekens is voor minder door het slijk gehaald toen hij op een zonnige zondagmiddag bekendmaakte zijn baan als bondscoach van de Rode Duivels op te geven voor een plekje op de bank bij Club Brugge. Vercauteren kan alvast niet het argument gebruiken dat zijn werk voor 90 procent af was in de Russische miljoenenstad.

De voormalige Rode Duivel staat voor een moeilijke opdracht in de Cristal Arena. In het begin van de afgelopen competitie moest je voor het mooiste voetbal in België aan de Genkse mijnterrils zijn, maar daarna ging het snel bergaf met de Limburgers. Een val die bovendien nog bezig lijkt te zijn. Tegen KV Mechelen werd een futloos Genk kinderlijk uit elkaar gespeeld en tijdens de eerste thuismatch van het seizoen tegen Cercle Brugge leek het elftal haast met de daver op het lijf te voetballen. Ook al is de competitie nog maar twee speeldagen ver, een ploeg die play-off 1-ambities heeft moet in confrontaties met bescheiden tegenstanders meer kunnen oogsten dan een één op zes.

De omstandigheden waarin Vercauteren in Genk aan de slag moet, zijn ook niet eenvoudig. Het ontslag van coach Emilio Ferrera legde de verdeeldheid in de bestuurskamer nog maar eens bloot en de spelers zelf leven ook op gespannen voet met elkaar. Jelle Vossen zette zich buitenspel door zijn vruchteloze zoektocht naar een nieuwe club, Jeroen Simaeys mag andere oorden opzoeken na enkele negatieve uitlatingen in de media en met het aantrekken van Hervé Kage haalt de club zich ongetwijfeld nieuwe problemen op de hals. Kage zorgde immers zelf meermaals voor hommeles in de kleedkamer van zijn vorige werkgever AA Gent en is een van de beste vrienden van een van de grootste Genkse onruststokers Ilombe Mboyo. Frank Vercauteren erft met andere woorden een club die momenteel op een vulkaan leeft.

Helemaal kansloos is de missie van Vercauteren echter niet. Vorig jaar leverde hij als crisismanager met beperkte middelen goed werk bij KV Mechelen en in 2009 stond hij na het vroege ontslag van Hein Vanhaezebrouck voor een gelijkaardig scenario als nu bij de Limburgse ploeg, die hij een jaar later naar de titel zou loodsen. Opnieuw kampioen worden is met deze spelersgroep zonder uitzonderlijke talenten zoals Thibaut Courtois en Kevin De Bruyne nagenoeg uitgesloten, maar met zijn ervaring moet Vercauteren in staat zijn de club opnieuw er bovenop te krijgen. Totdat de lokroep van de oliedollars of roebels weer te groot wordt tenminste.

 

Captains of industry en supporters

2014 is reeds begonnen, maar terugblikken op het voorbije jaar is in deze periode nog toegestaan. Als de winter op zich mag laten wachten, mag dat ook zo zijn voor dit stuk. Oneven jaartallen op voetbalgebied krijgen nooit echt een prominente plaats in de geschiedenisboeken, de immense prijzenoogst van Bayern München in 2013 even buiten beschouwing gelaten. Een WK of EK vormt immers vaak de extra specerijen die het voetbaljaar kruiden. De Confederations Cup kan daar weinig aan veranderen, desondanks we het optreden van Brazilië en Neymar in het bijzonder best konden smaken. Het toernooi  blijft te veel de schoonmoeder die na een lang en slopend voetbalseizoen nog eens bezocht moet worden.

Wanneer we inzoomen op België onderscheidden twee groepen mensen zich in 2013. Voor de eerste categorie geldt dit op negatief vlak: zakenmannen die zich inkopen in een club. Dat dit vaak nefaste gevolgen heeft voor een team en zelf faliekant kan aflopen werd dit jaar veelvoudig aangetoond. Zulte Waregem bijvoorbeeld kende een haast uniek seizoen. Tot enkele dagen na het einde van de competitie. Niet alleen omdat Essevee op een ongelukkige manier de titel in het Anderlechtse Astridpark moest achterlaten, maar ook omdat toen duidelijk werd dat de toenmalige CEO Patrick Decuyper een schaamteloos koehandeltje was gestart met de stamnummers van Zulte Waregem en KV Oostende met als doel het failliete Beerschot opnieuw leven in te blazen. Dat hij daardoor duizenden fans op het hart trapte was de man blijkbaar helemaal ontgaan.

Na het evenzeer onfrisse verhaal over de voorkeursbehandeling van speler Thorgan Hazard, bedongen door diens manager John Bico, restte Decuyper nog maar één uitweg: de uitgang. Die werd ook gevonden door Patrick Vanoppen, grote baas bij Beerschot. Alleen ging zijn club ook ten onder. Vanoppen had zijn eigen financiële draagkracht overschat en maakte de cruciale fout om velen tegen zich in het harnas te jagen. Toen het Beerschotschip na jaren van financiële problemen finaal aan het zinken was, werden op die manier ongetwijfeld potentiële reddingssloepen gemist.

Twee andere captains of industry in de Jupiler Pro League die 2013 wel overleefden, beleefden ook een verre van aangenaam jaar. Bart Verhaeghe, voorzitter en eigenaar van 75 procent van de aandelen bij Club Brugge nam na Georges Leekens ook afscheid van diens opvolger Juan Carlos Garrido en stelde vervolgens de tegenpool van de minzame Spanjaard Michel Preud’homme aan als hoofdcoach. Opnieuw een fikse bocht in het beleid in het Jan Breydelstadion, waardoor de vraag gesteld kan worden wat de visie nu is van blauw-zwart. Standardpreses Roland Duchâtelet ontsloeg ook een trainer – Mircea Rednic – en moest dat bekopen met een opstand van een deel van de Luikse aanhang. Iets wat zo’n grote indruk bij de man achterliet dat hij besliste om de club te koop te zetten. Maar geen nood, ondertussen heeft hij met het Duitse Carl Zeiss Jena en het Engelse Charlton Athletic reeds twee andere teams in zijn portefeuille …

Decuyper, Vanoppen, Duchâtelet en Verhaeghe botsten of botsen allemaal op een ijzeren wet: een club is niet hetzelfde als een bedrijf. De fundamenten van een voetbalploeg zijn de fans, wat al te vaak vergeten wordt door de mannen in het maatpak en de bijhorende blitse wagen. In Duitsland is dat besef er wel. Niemand kan er meer dan 49 procent van de aandelen van een team bezitten en er wordt ook veel aandacht besteed aan participatie van de fans. Daardoor wordt voor een groot stuk vermeden dat clubs gereduceerd worden tot de speeltjes van de happy few.

Duchâtelet en co zijn slechts passanten, supporter zijn daarentegen blijf je in goede en kwade dagen. De fans zijn de tweede groep die zich heeft onderscheiden in 2013. Het is de ultieme tegenpool van de eerste categorie. Toen Patrick Vanoppen Beerschot de afgrond inreed, hebben zij de club opnieuw naar boven getakeld. Weliswaar slechts tot het niveau van eerste provinciale – tegenstanders heten nu Schriek en Houtvenne in plaats van Anderlecht en Club Brugge – maar de beleving is voor het grootste deel intact gebleven. Nog steeds trekken er duizenden mensen om de twee weken naar het Kiel en tegenstanders moeten zelfs uitwijken naar andere stadions omdat hun infrastructuur niet aangepast is aan de hoeveelheid Beerschotsupporters. In de kelders van het Belgische voetbal is het nu elke speeldag feest en dat niet alleen voor de penningmeester.

Het beste bewijs dat fans wel degelijk het verschil kunnen maken. Zo ook bij de nationale ploeg. De tricolore supporters lieten zich dit jaar van hun beste kant zien. Het volkslied van de tegenstander uitfluiten werd vervangen door een stevig applaus en de uitwedstrijden in Schotland en Kroatië waren steeds één groot feest. Geen baldadigheden, geen oproer. Gewoon supporteren voor iets, niet tegen iets. Een causaal verband trekken is altijd gevaarlijk, maar het heeft de prestaties van de nationale ploeg zeker niet negatief beïnvloed. Na twaalf jaar staan de Rode Duivels nog eens op een groot internationaal toernooi. De overwinning van een geweldige generatie voetballers, maar ongetwijfeld ook die van een fantastische schare supporters. Zolang er fans bestaan, is er nog hoop.

Een einde en een begin

Het Koning Boudewijnstadion ging eergisterenavond naar goede gewoonte nog eens collectief uit zijn dak. Op basis van de wedstrijd niet echt logisch. Bij momenten  toonden de Duivels aardig voetbal aan het talrijk opgekomen publiek, maar die flitsen waren te zeldzaam. De 1-1 zorgde even voor een kleine domper en tegen een veredeld Welsh B-elftal werd er te veel ruimte weggegeven. Bovendien gebeurde de Belgische opbouw te onzuiver.

Wanneer de ganse campagne in rekening genomen wordt, is de vreugde gisteren op en rond de Heizel echter veel aannemelijker. Al moet er zorgvuldig worden omgesprongen met dure woorden, toch kan deze kwalificatiereeks gerust als historisch bestempeld worden. Niet alleen omdat de nationale ploeg na een tocht van twaalf lange jaren in de woestijn nog eens op een groot tornooi aanwezig zal zijn, maar ook omwille van het feit dat Kompany en co het ticket voor Brazilië uiteindelijk nog met relatief gemak in de wacht sleepten.

De kwalificatie voor het WK in Brazilië is de zege van een spelersgroep die nog niet zo lang geleden door de pers en het publiek werd gebrandmerkt als een verloren generatie. Die het afgelopen decennium zes bondscoaches versleet en nog niet zo lang geleden ondanks het talent dat hen werd toegedicht er toch maar niet in slaagde tegen een tegenstander van enig niveau een degelijke prestatie op de mat te brengen. Maar waar alle sceptici nog maar eens op gewezen is, is dat talent tijd nodig heeft om te rijpen. In deze campagne zijn de puzzelstukjes wel in elkaar gevallen. Dat is in niet geringe mate te verklaren door het groeiproces dat de internationals bij de nationale ploeg en hun clubteams hebben doorgemaakt, maar het is ook de verdienste van bondscoach Marc Wilmots, die bij zijn aanstelling anderhalf jaar geleden omwille van zijn zeer beperkt cv als trainer door de buitenwereld – inclusief ondergetekende –  niet bepaald als de nieuwe Messias werd onthaald. Wilmots bewees echter dat een nationale ploeg leiden iets totaal anders is dan de lijnen uitzetten bij een clubteam. Het Kampfschwein toonde zich de afgelopen tijd een uitstekende people manager die enerzijds duidelijke regels stelt, maar ook voor zijn spelers door het vuur gaat en van hen een stevig geheel maakte. Dat hij af en toe tactisch te kort schoot, zoals in de thuiswedstrijd tegen Kroatië zien we wat dat betreft door de vingers.

Dit is ook de zege van de professionalisering van de voetbalbond en zijn uithangbord nummer één, de nationale ploeg. Nog niet zo lang geleden bestond bijvoorbeeld het scoutingsapparaat aan de Houba de Strooperlaan uit welgeteld één archiefkast en droeg de KBVB – niet helemaal onterecht – het imago met zich mee van een oubollige sportbond te zijn, bestuurd door al even vergrijsde mannetjes die mijlenver verwijderd stonden van het hedendaagse voetbal. Dat daar verandering is in gekomen is voor een groot deel te danken aan Dick Advocaat en Georges Leekens. Ook al zijn beiden als een dief in de nacht vertrokken toen ze niet konden weerstaan aan de lokroep van respectievelijk de roebels van enkele Russische oligarchen en de eurobiljetten van een Vlaams-Brabantse vastgoedondernemer, het is onder hun bewind dat de structuur van de KBVB drastisch werd gerenoveerd en uitgebouwd, dat de technische staf een grondige uitbreiding onderging en dat cruciale posities werden ingevuld door mensen met nieuwe frisse ideeën zoals Steven Martens.

Ten slotte is de WK-kwalificatie ook de zege van de fans. Supporters die sinds het slot van de vorige EK-campagne de weg terug hebben gevonden naar het Koning Boudewijnstadion. De wedstrijden van de Rode Duivels zijn tegenwoordig altijd in een mum van tijd uitverkocht, mede door een perfect uitgekiende marketingcampagne. De fanclubs moeten al een tijdje potentiële leden weigeren, omdat de vraag het aanbod overstijgt en ook op buitenlandse wedstrijden kleurt het stadion zwart-geel-rood. Mooi zo, ook omdat het supporterslegioen nu eindelijk eens van die slechte gewoonte is afgestapt om het volkslied van de tegenstander op een fluitconcert te onthalen. Een compleet zinloze actie: tegenstanders gaan er heus niet slechter door spelen en enige vorm van beschaving is in een voetbalstadion best wel op zijn plaats.

Iedereen die het Belgisch voetbal een warm hart toedraagt mag dus op het einde van deze kwalificatiecampagne meer dan tevreden zijn. Zowel op korte termijn – sportief succes – als op lange termijn – de uitbouw van een degelijke structuur – zijn er stappen vooruit gezet.

Een einde luidt evenwel ook een nieuw begin in. Want nu start de tocht naar Brazilië pas. Doorheen de kwalificatie deed Marc Wilmots beroep op slechts een beperkt aantal spelers, maar toch zal het een moeilijke opdracht zijn voor de bondscoach om 23 Rode Duivels te selecteren die minstens drie tot vier weken lang op elkaars lip zullen moeten leven. En de spelers staan op hun beurt voor de niet altijd evidente taak om zich bij hun clubs zo goed mogelijk in de kijker te plaatsen en blessurevrij te blijven. Daarenboven zijn de sportieve verwachtingen hooggespannen en die zullen er zeker niet minder op worden. De Duivels moeten immers gezien hun nog relatief jonge leeftijd, in staat zijn hun stijgende groeicurve door te trekken. Dat het nog boeiende maanden gaan worden is dus zonneklaar.

Hoop doet leven

Met het naderen van de herfst worden meestal de eerste C4’s in het Belgische trainerslandschap uitgedeeld. Vorig jaar moesten we er een beetje langer op wachten – Ron Jans werd op 22 oktober 2012 de laan uitgestuurd door Standard – maar dit seizoen is het al een maand eerder prijs. Juan Carlos Garrido is sinds gisteren niet langer de trainer van Club Brugge.

Desondanks het bestuur de wedstrijd van zondag tegen eeuwige rivaal Anderlecht niet heeft afgewacht, komt het ontslag van de Spanjaard niet aan als een verrassing. Al begin augustus werd de inleiding hiervoor geschreven. De Europese uitschakeling door het bescheiden Poolse Slask Wroclaw deed het team op zijn grondvesten daveren. Dat datzelfde Wroclaw in de volgende voorronde van de Europa League eruit werd geknikkerd door Sevilla met een 1-4 en 0-5 nederlaag deed de positie van Garrido bovendien geen goed.

Ondertussen was het ook in de kleedkamer beginnen te borrelen en daarnaast is het geleverde spel dit seizoen in de eigen competitie van een te lage kwaliteit geweest. Club Brugge staat na zeven speeldagen weliswaar op een comfortabele tweede plek in de Jupiler Pro League en heeft nog geen nederlaag geïncasseerd, maar dat valt voor een groot deel door het programma te verklaren. Charleroi, Lierse, KV Oostende, Waasland-Beveren en KV Mechelen staan niet bepaald hoog aangeschreven bij de bookmakers wanneer het over de kanshebbers op deelname aan play-off I gaat. Het is geen toeval dat er tegen ploegen met betere adelbrieven – AA Gent en Zulte Waregem – wel met punten werd gemorst.

Het Brugse bestuur lijkt dus Garrido vooral uit voorzorg te hebben ontslagen. Ook al heeft Club nog geen nederlaag opgelopen, de enige overgebleven doelstelling na het kelderen van de Europese ambities – de titel – mag niet in gevaar gebracht worden. De vraag is echter of het vertrek van de Spaanse coach veel zoden aan de dijk zal brengen. In de tien maanden waarin de Valenciaan in Brugge aan de slag was, heeft hij alleszins ook positieve dingen verwezenlijkt. Na het vertrek van Georges Leekens moest hij in de eerste plaats puin ruimen. Dat hij vorig seizoen het blauw-zwarte schip uiteindelijk nog naar Europese wateren wist te sturen en Club in play-off I het grootste puntenaantal van alle ploegen verzamelde mag hij met recht en reden op zijn cv vermelden.

Garrido liet bovendien ook jongeren doorgroeien. Boli Bolingoli, Björn Engels, Birger Verstraete, Brandon Mechele en Tuur Dierckx staken allen hun neus aan het venster van de Brugse elf. Dat dat deels gebeurde omwille van de afwezigheid van routiniers klopt, maar ook nadat sommige van hen terug beschikbaar waren bleef hij youngsters als Mechele en Engels het vertrouwen geven dat een jeugdspeler nodig heeft.

Garrido kan zich eveneens troosten met het idee dat hij gesneuveld is op een slagveld waar velen hem al vooraf zijn gegaan. Onder het bewind van voorzitter Bart Verhaeghe passeerden reeds vier trainers (tussenpausen Rudi Verkempinck en Philippe Clement niet meegerekend) de revue. Een hoog aantal, zeker voor een ploeg als Club Brugge die in een niet zo ver verleden in de Dikke Van Dale werd vermeld als synoniem voor stabiliteit. Verhaeghe en zijn luitenanten Mannaert en Grétarsson kunnen dus daarom best ook eens bij zichzelf te rade gaan. Zij tekenden het kader uit waarbinnen Garrido zijn keuzes moest maken. Een kader dat op vlak van het transferbeleid in het tussenseizoen niet al te zeer versterkt werd. In de afgelopen wedstrijden werd het duidelijk dat de verhuis van Carlos Bacca en Ryan Donk het team pijn doet.

Het valt dus af te wachten of opvolger Michel Preud’homme over het recept beschikt om met dit Club Brugge successen te boeken. In ieder geval verdient Preud’homme het voordeel van de twijfel. Dat zijn naam de afgelopen jaren telkens viel wanneer de KBVB een nieuwe bondscoach diende aan te stellen, gebeurde niet toevallig. Op dit moment behoort het icoon van Standard, KV Mechelen en Benfica tot de top  van de Belgische trainersgilde. Overal waar hij als coach aan de slag was, pakte hij prijzen. Ongetwijfeld een gedachte die in Jan Breydel gekoesterd wordt. Hoop doet leven. Zelfs als je aan je vijfde trainer in twee jaar tijd toe bent.

Sequel

Binnenkort verschijnt de film Rush – die inzoomt op de rivaliteit tussen Formule 1-legendes Niki Lauda en James Hunt – in de Belgische bioscoopzalen. Over de kwaliteit van de prent gaan we ons niet uitspreken. Van filmrecensies hebben we nog minder kaas gegeten dan van sportjournalistiek. Wat we wel weten is dat scenarioschrijvers voor een moeilijke opdracht zouden komen te staan, indien er ooit een film over de Rode Duivels zou worden gedraaid.

Het verhaal dat de nationale ploeg het afgelopen decennium neerschrijf is immers een stevig boek geworden met vele plotwendingen en ups en downs. De aanvangsfase van het scenario zal vooral gekenmerkt worden door dieptepunten. De neerwaartse spiraal waarin de Rode Duivels na het WK in Japan en Zuid-Korea terecht kwamen was een martelgang voor elke Belgische voetballiefhebber. Telkens iedereen dacht dat de bodem van de put der vernederingen bereikt was, kon een nieuwe zwarte pagina aan de reeds lange stapel worden toegevoegd. De 0-0 thuis tegen Kazachstan in 2006, de kansloze nederlagen tegen Bosnië-Herzegovina drie jaar later en de dubbele afgang tegen Spanje en Armenië in dezelfde campagne; we kunnen zo nog wel even doorgaan.

Maar hoogtepunten zouden ook niet mogen ontbreken in het filmscenario. Na de rampzalige campagne voor het WK in Zuid-Afrika in 2010 verschenen de eerste zonnestralen aan de hemel boven het bondsgebouw aan de Houba de Strooperlaan,weliswaar twee keer kort onderbroken door de vlucht van bondscoaches Dick Advocaat en Georges Leekens.

De resultaten die de Rode Duivels sindsdien hebben geboekt vertonen een exponentieel stijgende curve. En de fans hebben ook opnieuw de weg naar het stadion gevonden. De kwalificatie voor het EK in Polen en Oekraïne werd nog nipt gemist, maar die kater werd snel weggespoeld door Kompany en co in de race naar Brazilië. De zege tegen Schotland – de zevende in acht groepswedstrijden – afgelopen vrijdag zou wel eens definitief het ticket voor het vliegtuig naar Rio de Janeiro veilig hebben kunnen stellen. Met nog twee groepswedstrijden te gaan en een voorsprong van vijf punten op de enige overgebleven concurrent Kroatië maakt zelfs de grootste pessimist zich al op voor een trip volgend jaar richting het land van de samba en het voetbal.

Dat een film over de Rode Duivels in deze tijd van gekte rond de nationale ploeg goed zou scoren lijkt ons best plausibel. Enige nuchterheid is echter ook op zijn plaats. De Duivels verdienen immers misschien wel een plek op de WK-eindronde, maar indien ze daar ook sterk voor de dag willen komen zal er ongetwijfeld nog progressie geboekt moeten worden. Dat werd in Glasgow nog maar eens duidelijk.

Een 0-2 overwinning is altijd een goed resultaat, maar de Duivels konden niet met een perfect rapport terugkeren naar hun respectievelijke clubteams. Bij momenten werd er te veel ruimte weggegeven en vooral in de tweede helft zakte de verdediging te ver terug. Mankementen die niet werden afgestraft door de Schotse thuisploeg, maar een tegenstander van een hoger niveau op een WK had dat waarschijnlijk wel gedaan.

Er zijn evenwel niet veel redenen voor zwartgalligheid rond de nationale ploeg. De stappen vooruit die de Rode Duivels nog moeten zetten in hun zoektocht naar successen op het hoogste niveau liggen binnen het potentieel van de huidige selectie. De spelers van Marc Wilmots hebben immers al een lange weg afgelegd en elke week bewijzen ze in de beste Europese competities waartoe ze in staat zijn. Bovendien staat al een nieuwe lichting (Thorgan Hazard, Zakaria Bakkali, Yannick Ferreira-Carrasco, enzoverder) vol ongeduld te trappelen aan de deur van de A-kern. Een vervolgfilm zit er dus zeker in. En in tegenstelling tot andere sequels zou die wel eens van een hogere kwaliteit kunnen zijn dan de voorgaande.

Bravehearts vs. Duivels

“Er zijn geen eenvoudige tegenstanders”. Het is een cliché dat steevast als dagschotel op de menukaart van een persconferentie van de Rode Duivels staat. Elke bondscoach – of hij nu Marc Wilmots, Georges Leekens of Pietje Puk heet – maakt dankbaar gebruik van het credo en strooit het kwistig in het rond. Van hoogmoed zullen ze aan de Houba de Strooperlaan niet zo snel beschuldigd kunnen worden.

De voorbereiding op de wedstrijd tegen Schotland vormt geen uitzondering op de bescheidenheidsreflex bij de KBVB. Of moeten we het eerder omschrijven als een kramp? Ook deze keer wees Marc Wilmots erop dat het vrijdag geen wandeling in het park gaat worden, ook al heet het stadion waarin er dan gespeeld wordt toepasselijk Hampden Park.

Helemaal ongelijk heeft bondscoach Wilmots trouwens niet. Schotland is niet de preminiemenploeg van Andorra. Op de meest recente versie van de FIFA-ranking prijken ze op de vijftigste positie. Niet meteen om over naar huis te schrijven, maar nu ook weer niet om te onderschatten. Het is bovendien geen toeval dat de film Braveheart over een Schotse krijger gaat en niet over een bankbediende uit Zwevezele. De Schotse nationale ploeg staat net zoals William Wallace bekend als een onverzettelijk blok. Het is het Duitsland van de landen die niet op de eerste rij stonden toen de voetbalskills werden uitgedeeld. Pas wanneer hun spelersbus het stadion heeft verlaten kan je zeker zijn dat de wedstrijd beslecht is.

Daarnaast zitten de Highlanders in een goede flow. De nieuwe bondscoach Gordon Strachan blies na zijn aanstelling in januari van dit jaar nieuw leven in de ploeg en dat wierp duidelijk zijn vruchten af. In Zagreb werd er tegen Kroatië gestunt met 0-1 en vorige maand verloor de ploeg nog nipt van eeuwige rivaal Engeland.

De troepen van Marc Wilmots zijn dus gewaarschuwd, al schuilt het grootste gevaar voor de Duivels misschien wel intern. Enkele spelers zoals Dries Mertens, Kevin De Bruyne en Romelu Lukaku kwamen de laatste weken minder aan spelen toe bij hun clubs en hoe fris is Marouane Fellaini na zijn hectische transfer naar Manchester United?

Door het ontbreken van de twee vaste centrale verdedigers – Vincent Kompany en Thomas Vermaelen – verdwijnt er bovendien heel wat ervaring uit het elftal. Samen opgeteld stonden de speler van Manchester City en die van Arsenal reeds 99 keer op de grasmat met de nationale ploeg. Kompany is bovendien de ultieme leider van deze generatie. Die vervang je niet zomaar.

Langs de andere kant moet een groep die de ambitie heeft om naar het WK in Brazilië te gaan en daar ook potten wilt breken, in staat zijn om die afwezigheid op te vangen. Op een groot tornooi moet er immers vaak ook geroteerd worden en bestaat eveneens de kans dat niet alle sterkhouders aanwezig zijn. Daarenboven mag een ambitieuze groep die het allerhoogste wil bereiken geen problemen ondervinden met het nummer 50 op de wereldranglijst. Met nog drie wedstrijden te spelen en een voorsprong op Kroatië van drie punten, zou een zege in Glasgow Brazilië wel heel dichtbij brengen. De Duivels weten dus wat ze te doen staan. Of moeten we ons toch meer bescheiden opstellen?

Het eigenzinnige voetbaljaaroverzicht 2013

Op de laatste dag van 2012 brachten we op deze blog een voetbaljaaroverzicht. Tijd nu om vooruit te blikken. Wat brengt 2013?

1. Anderlecht kampioen

Paars-wit volgt op het einde van het seizoen zichzelf op als landskampioen van België. Al gaat dat niet zonder slag of stoot. Zulte-Waregem blijft immers ook in play-off I aanklampen. Tot dat de ploeg aan de Gaverbeek coach Francky Dury na een meningsverschil aan de deur zet en Georges Leekens als vervanger aanstelt. Leekens vindt dat 90 procent van het werk al klaar is en besluit dan ook om de resterende wedstrijden slechts voor 10 procent voor te bereiden. De gevolgen laten zich raden: Essevee valt terug naar de zesde en laatste plek in de eindronde. Anderlecht kan de 32ste titel vieren.

2. Het ontslag van Bart Verhaeghe

Ook een opmerkelijke wending in het Jan Breydelstadion. Daar besluit Bart Verhaeghe eind maart zichzelf te ontslaan als voorzitter van Club Brugge. Zijn performance was naar eigen zeggen niet meer in overeenstemming met het business plan. Wel staat hij zichzelf nog toe om zijn opvolger aan te duiden. Die keuze valt op François De Keersmaecker, de voorzitter van de KBVB. De Keersmaecker aanvaardt het aanbod, maar laat weten in naam van de voetbalbond diep ontgoocheld en verontwaardigd te zijn dat een Belgische ploeg haar eigen bond verschalkt.

3. Antwerpse ploegen zakken verder weg

Ook in 2013 gaat de malaise in het Antwerpse voetbal onverminderd voort. Beerschot degradeert naar tweede klasse en Antwerp naar derde. Al is dat niet helemaal de schuld van de twee clubs. Het nieuwe Antwerpse stadsbestuur besluit namelijk een samenscholingsverbod uit te vaardigen voor de rest van het seizoen 2012-2013, nadat schepen en tevens Antwerpsupporter Ludo Van Campenhout een bedreigende sms heeft ontvangen van een Beerschotfan, een zekere Patrick J.. Dat samenscholingsverbod geldt echter niet enkel voor het publiek, maar ook voor de spelers. Antwerp en Beerschot zien zich daardoor genoodzaakt om voor elke match slechts één speler op te stellen. De sportieve gevolgen laten zich dan ook raden. Daarnaast grijpt het stadsbestuur ook op een ander vlak in. Zo wordt elk hamburgerkraam in een straal van drie kilometer rond ’t Kiel of de Bosuil gedwongen te sluiten. De Grote Leider wil immers dat net zoals hij de ganse Antwerpse bevolking op dieet gaat. In primeur geven we alvast de naam van de campagne mee: “Zet die bakplaat af”.

4. Premier League kleurt Belgisch

In Engeland wordt er ook dit jaar verder gegaan op de trend die al enkele jaren bezig is: steeds meer clubs uit de Premier League willen een Belgische speler onder contract hebben. Het groeit uit tot het modeverschijnsel van 2013. “Wie geen Kompany, Vermaelen of Dembele in zijn rangen heeft, kan net zo goed vrijwillig degraderen”, wordt er zelfs gefluisterd op vergaderingen van de clubs. Bovendien gaat het verder dan spelers kopen. Zo bouwt Liverpool een nieuw stadion in de vorm van een frietzak en wordt er voor aanvang van elke wedstrijd een veldrit georganiseerd op het terrein. Er worden evenwel ook minder positieve Belgische gewoontes overgenomen. Verschillende ploegen worden bijvoorbeeld betrapt op grootschalige belastingontduiking.

5. De scheidsrechter strikes back

2012 was het jaar waarin heel wat scheidsrechters in binnen- en buitenland kregen af te rekenen met verbaal en fysiek geweld. “2013 moet het jaar worden waarin daar iets aan gedaan wordt”, vindt de Belgische scheidsrechtersvereniging. Ze stellen drastische maatregelen in werking. Informatie- en sensibiliseringscampagnes hebben volgens hen geen effect, dus ze gaan een stapje verder. Ze laten zich inspireren door de kleur van hun outfit en trekken verkleed als Batman en Zorro eropuit om mogelijke herrieschoppers preventief uit te schakelen. De actie genereert grote verontwaardiging bij de voetballers en de supporters. “Zonder respect is er geen voetbal mogelijk”, reageert een lokale speler. “Er moeten dringend maatregelen worden genomen tegen agressieve scheidsrechters die zich bezondigen aan zinloos geweld.” De fans en de spelers laten het er dan ook niet bij. Om hun eisen kracht bij te zetten, organiseren ze in Brussel een witte mars.

Het eigenzinnige voetbaljaaroverzicht 2012

De tijd van jaaroverzichten, het is weer zover. Elk medium dat zichzelf een beetje respecteert pakt uit met lijstjes van de besten, slechtsten, opmerkelijksten en andere superlatieven. Deze blog is daar geen uitzondering op. Daarom een opsomming van tien feiten die ons in 2012 in de voetbalwereld opvielen.

1. Anderlecht

Anderlecht is nog steeds Anderlecht. Af en toe een crisisje, maar toch veren de Brusselaars telkens weer recht. Zo ook in de afgelopen play-offs. Een slechte start en meteen stapelde de donkere wolken boven het Astridpark zich op. Dat weerhield paars-wit er echter niet van om enkele weken later voor de eenendertigste keer in de clubgeschiedenis Belgisch kampioen te worden. Een tweede crisismoment ontstond in de beginfase van het huidige seizoen. De heenwedstrijd van de laatste voorronde voor de Champions League werd met 2-1 verloren tegen het bescheiden Cypriotische AEL Limassol. Weeral dreigde de kwalificatie voor de eindronde van het kampioenenbal mis te gaan. Anderlecht zette evenwel een week later in het Constant Vanden Stockstadion de scheve situatie recht en werkte vervolgens een behoorlijk Europees parcours af. Ook in de nationale competitie loopt het als een trein. Zonder al te veel ongelukken wenkt een volgende titel. Tenzij het natuurlijk nu echt fout loopt in de play-offs.

2. Antwerpen

Wat van Anderlecht gezegd kan worden, geldt ook voor het Antwerpse voetbal. Echter in de negatieve zin. Het voetbal aan de Schelde is ook in 2012 niet veranderd. Vorig jaar spraken we rond deze tijd van het jaar de wens uit dat Beerschot en Antwerp in kalmer vaarwater zouden terecht komen en dat  de actie zich op het veld zou afspelen in plaats van er naast, maar het waren nog maar eens 365 dagen vol kommer en kwel. Sportief gezien staat het rapport van beide ploegen vol met rode cijfers. Op andere gebieden is het misschien zelfs nog erger gesteld. Financiële kopzorgen, bestuur en supporters van de twee clubs die elkaar in de haren vliegen, het stadiondossier dat nu definitief begraven lijkt. Het is een somber eindejaar voor de voetballiefhebber in de Scheldestad.

3. Club Brugge

Club Brugge daarentegen lijkt wel veranderd te zijn. Waar is de tijd van de stabiele topploeg, die gekenmerkt werd door spelers die haast verbonden leken met het clublogo en een bestuur dat een rust uitstraalde die als een mantel over het team lag? In plaats daarvan kwamen er nieuwe bazen die ons lieten kennis maken met even nieuwe termen zoals personal perfomance centre en conversation manager,  was het de afgelopen jaren een komen en gaan van spelers en werd de ene trainer vliegensvlug ingeruild voor de andere. Dit jaar bereikten we een dieptepunt. De passage van Georges Leekens als coach in het Jan Breydelstadion leek zo uit een slechte soap te komen en op sportief vlak zit er ook dit seizoen waarschijnlijk geen titel in.

4. Spanje

In de internationale voetbalwereld bestaat er weinig discussie: Spanje is op dit moment de beste ploeg ter wereld. Toch verliep het begin van Euro 2012 voor La Furia Roja behoorlijk stroef. Enkele sterkhouders zoals David Villa en Carlos Puyol moesten afhaken wegens blessures en de armada won hun poule slechts nipt. Toch begon de motor net op tijd te draaien. En wat voor een motor. In de finale werd Italië eenvoudig weggetikt. Efficiëntie gekoppeld aan een esthetiek die bijna de perfectie benadert. Zo zien we het graag. Bovendien werd het elftal van Vicente del Bosque door het binnenhalen van de EK-eindzege het eerste land dat drie internationale bekers op rij in zijn trofeeënkast kan zetten. Daar kunnen we alleen maar een diepe buiging voor maken.

5. Italië

Italië kwam er in de finale van Euro 2012 zoals reeds gezegd niet aan te pas. Toch is het voor ons dé ploeg van het tornooi. Wie immers voorspeld had dat het team zo lang  in Polen en Oekraïne zou verblijven, had veel geld kunnen verdienen bij de bookmakers. De voorbereiding was een ramp. Het Italiaanse voetbal was in de ban van een gokschandaal en het team had ook te kampen met blessureleed. Maar de feniks herrees uit zijn as. De labiele maar bij momenten zo briljante Mario Balotelli, de ervaren Andrea Pirlo die het team vooruit stuwde, de minzame bondscoach Cesare Prandelli die zijn kalmte bewaarde en tactisch zeer sterk stond te coachen. Het was het ideale triumviraat voor een meer dan geslaagd EK voor de Squadra Azzurra.

6. Ierse supporters

Ierland liet zich minder sterk opmerken door zijn sportieve prestaties. Het team van bondscoach Giovanni Trapattoni verloor driemaal kansloos in de eerste ronde en moest al gauw zijn koffers pakken. Geen reden echter voor de fans om hun ploeg de rug toe te keren. Integendeel, ze zorgden voor ware kippenvelmomenten door uit volle borst te blijven zingen en ons daarbij te doen herinneren waar het bij supporteren allemaal om draait. Je simpelweg amuseren en daarbij relativeren dat het maar voetbal is. Respect lads!

7. Geweld op het voetbalveld

Waarom we bovenstaande gebeurtenis hebben opgenomen in ons jaaroverzicht, hangt samen met de volgende. In 2012 zagen we weeral veel gevallen van fysiek en verbaal voetbalgeweld in de media opduiken. Als tragisch dieptepunt denken we daarbij aan de dood van een grensrechter na een uit de hand gelopen wedstrijd in het Nederlandse jeugdvoetbal. Stellen dat geweld eigen is aan de sport zou te kort door de bocht zijn, maar het is duidelijk dat het voetbal een probleem heeft. Of beter de ganse samenleving, aangezien dat eerste er prominent deel van uit maakt. Het probleem aanpakken zal niet eenvoudig zijn, maar meermaals de You Tube-filmpjes van de Ierse supporters op het EK aanklikken kan al wat zoden aan de dijk brengen.

8. Belgische trainers

Het was geen goed jaar voor de trainers in de Belgische eerste klasse. Hoeveel coaches in 2012 er precies zijn ontslagen hebben we niet bijgehouden, maar het zijn er behoorlijk wat. De wissels hebben meestal amper effect. Denk maar aan het ontslag van Trond Sollied bij AA Gent. Zijn opvolger Bob Peeters staat enkele maanden later ook al met één voet buiten het Jules Ottenstadion. Al moeten we er wel bij vermelden dat het meten van het effect van een trainerswissel wetenschappelijke onzin is. Je kan immers niet weten wat er zou zijn gebeurd, indien de oorspronkelijke coach wel op post zou zijn gebleven. Toch dringen er zich maatregelen op ter bescherming van de Belgische clubtrainers. Misschien kan het WWF ze op de lijst van beschermde diersoorten plaatsen?

9. Rode Duivels

In de sportwereld moet je altijd op je hoede zijn voor straffe uitspraken. Zeker wanneer het over de Rode Duivels gaat. Toch kunnen we ons niet van de indruk ontdoen dat dit jaar Kompany en co de stempel ‘beloftenvol, maar het nooit kunnen waar maken’ beetje bij beetje van zich aan het afschudden zijn. Het plotselinge vertrek van bondscoach Georges Leekens op een zondag in mei heeft geen sporen achtergelaten. Meer nog, onder zijn opvolger Marc Wilmots zijn de Duivels bezig aan een degelijk parcours. Eerst was er de deugddoende zege in de vriendschappelijke interland tegen Nederland en dan de tien op twaalf in de kwalificatiecampagne. Voldoende voor een mooi rapport, maar met tien punten ben je natuurlijk nog niet in Brazilië. 2013 zal het jaar van de bevestiging moeten worden.

10. Belgen in het buitenland

Samen met het (relatieve) succes van de nationale ploeg, hebben de Rode Duivels een knap jaar achter de rug bij hun clubteams. Vincent Kompany, Jan Vertonghen, Kevin Mirallas en Eden Hazard werden in respectievelijk de Engelse, Nederlandse, Griekse en Franse competitie verkozen tot speler van het jaar en verschillende andere Duivels werden landskampioen met hun team. Tel daarbij nog eens de opmerkelijke prestaties van spelers zoals Moussa Dembélé, Thibaut Courtois, Simon Mignolet, Axel Witsel, Christian Benteke, Kevin De Bruyne en Marouane Fellaini en je zou haast beginnen denken dat Belgische voetballers naast bier en chocolade ons nieuwste beroemd exportproduct zijn. Benieuwd of dat product ook in Brazilië zal bekend worden.