“Er is gefloten en de Russen liggen eruit!” Acht legendarische woorden van Rik De Saedeleer, 28 jaar geleden na het laatste fluitsignaal in de partij van de Rode Duivels tegen de toenmalige Sovjet-Unie. De context was gisteren lichtjes anders – het team van bondscoach Fabio Capello kan een verbanning naar Siberië nog vermijden mits een zege tegen Algerije – maar het belang van de drie punten die Kompany en co sprokkelden, komt toch aardig in de buurt van de Belgische zege in het Mexicaanse León die in het collectieve geheugen van miljoenen voetbalfans gegrift staat.
Desondanks velen vooraf een zes op zes na twee partijen logisch achtten, is de overwinning dankzij het doelpunt van Origi een godsgeschenk. Voor het eerst sinds 1982 kan ons land poulewinnaar worden op een WK en zonder al te veel kopzorgen naar de laatste groepswedstrijd tegen Zuid-Korea toeleven. Een positie waarvoor het team door vele andere landen ongetwijfeld benijd wordt.
Die relatieve rust zal nodig zijn, want het spelniveau bij de Belgen was tegen Rusland opnieuw niet goed. Net zoals in hun openingsmatch leken de Duivels met lood in de schoenen te spelen. De frivole voetbalvreugde die deze generatie kenmerkt was helemaal afwezig. We moeten ook vaststellen dat de verdediging amper iets weggaf – de defensie van Courtois incasseerde in twee groepsmatchen tot nu toe het minst aantal schoten op doel van alle deelnemende landen – maar op dit moment speelt de ploeg tegen zijn natuur in. De echte Rode Duivels hebben we na elf dagen WK nog steeds niet gezien.
De verpersoonlijking van dat probleem is Romelu Lukaku. De Lukaku die bij Everton afgelopen seizoen in 33 wedstrijden zestien doelpunten scoorde en tijdens de WK-voorbereiding bij de nationale ploeg ook de weg naar de netten gemakkelijk vond, lijkt niet op het vliegtuig naar Brazilië te zijn gestapt. In plaats daarvan stond er tegen Algerije en Rusland telkens een spits aan de aftrap die vooral problemen met zichzelf had, die zichzelf te hoge verwachtingen oplegde.
De uithaal naar Marc Wilmots bij zijn wissel was wat dat betreft eigenlijk perfect te voorspellen. Een profspeler onwaardig, maar al te zwaar mogen we er niet aan tillen. Op de eindronde van elk WK gebeurt er wel iets in het Belgische kamp dat voor deining op de journalistieke oceaan zorgt. Een stormpje dat vervolgens weer gaat liggen. Bovendien mogen we ook niet vergeten dat desondanks Romelu Lukaku in 2009 bij Anderlecht zijn debuut bij de profs maakte en een jaar later zijn eerste stappen zette bij de Rode Duivels, hij nog altijd maar 21 jaar is. Dan moet je nog heel wat leergeld betalen.
De begripvolle houding van Wilmots tegenover het “probleem Lukaku” – als er al een probleem is – was daarom goed gekozen. Intern zal de bondscoach heus wel een hartig woordje gesproken hebben met zijn poulain, maar naar buiten toe brengt het geen zoden aan de dijk om de aanvaller die met zichzelf in de knoop ligt op zijn plaats te zetten. Wilmots beseft ook wel dat hij vooraan niet zoveel wisselmogelijkheden heeft, maar misschien moet hij tegen Zuid-Korea Divock Origi laten starten en Lukaku na een uur er in brengen nadat zijn Koreaanse tegenstander al wat minder fris zit. Op die manier een doelpunt scoren zal bevrijdend werken voor de Evertonspits. “Hij is er door”, zou Rik De Saedeleer ongetwijfeld roepen zoals de commentator dat deed op het WK van 1982 in Spanje na de legendarische rush van de toen eveneens getroebleerde Jan Ceulemans tegen Hongarije.