De staat van het voetbal

De bal is rond en de wedstrijd duurt negentig minuten

Tag archief: Argentinië

Another day at the office

Met het mes op de keel, er is geen betere omschrijving mogelijk voor de manier waarop de Rode Duivels morgen tegen Ierland in Bordeaux op het veld verschijnen. De nederlaag tegen Italië maandag was geen drama, maar zorgt er wel voor dat de nationale ploeg zich geen uitschuiver kan permitteren, wil het niet het drama meemaken van vroegtijdig naar huis te worden gestuurd of wil het vermijden te moeten speculeren op een plaats bij de beste vier derdes. Trouwens: als je tegen het nummer 33 op de FIFA-ranking niet kan winnen, heb je op een EK überhaupt niets te zoeken.

De situatie waarin de Duivels beland zijn is redelijk nieuw voor ze. De kwalificatiecampagne voor EURO 2016 verliep moeizaam, maar het EK kwam op geen moment in gevaar. De laatste keer dat het echt van moeten was, ligt reeds twee jaar achter ons, de verloren kwartfinale van het WK in Brazilië tegen Argentinië. Niet meteen vertrouwenwekkend, maar druk mag geen te groot obstakel vormen voor spelers die bijna allemaal bij hun clubs in de sterkste competities van de wereld een leidende rol hebben en tijdens het seizoen haast elke week meermaals vol aan de bak moeten. In dat oogpunt is de wedstrijd tegen Ierland another day at the office.

Over de tactiek is reeds ook veel gesproken en geschreven, maar eigenlijk is er slechts één optie voor de Rode Duivels: net zoals de Italiaanse media in de aanloop naar de match tussen hun Squadra Azzurra en de Rode Duivels opriepen voluit voor de aanval te gaan, moeten ook de Belgen tonen waarom het offensieve compartiment van hun elftal het meest talentrijke van de ganse ploeg is. Er is immers meer nodig dan een overwinning om de ploeg opnieuw op de rails te krijgen. Overtuiging, dat is wat de buitenwereld wil zien van de Rode Duivels. Geen Fellaini dus meer in de basisploeg a.u.b. Marc Wilmots. Zet Kevin De Bruyne op de plaats waar hij het beste rendeert: centraal achter de spitsen. En als je dan toch bezig bent, drop opkomende flankverdedigers als Thomas Meunier en Jordan Lukaku ook maar in de basis. Vooruit moet het gaan morgen tussen 15.00u en 16.45u

Of de broer van die laatste, Romelu aan de aftrap verschijnt is koffiedik kijken. De spits bleef na de wedstrijd tegen Italië niet zonder kritiek. Niet helemaal terecht. Lukaku miste inderdaad in de tweede helft een huizenhoge kans op de gelijkmaker, maar het was wel de enige mogelijkheid die zich aanbood voor hem. Dat Kevin De Bruyne en Eden Hazard ook allesbehalve in de match zaten brak hem zuur op. Het is bovendien absurd hoe snel het geloof in een voetballer kan verdwijnen. Romelu Lukaku heeft er een dijk van een seizoen opzitten bij zijn club Everton en vond in de vier voorbije oefeninterlands telkens de weg naar de netten. Dat verdient wat meer krediet dan hetgeen hij nu bij sommigen al opgebruikt lijkt te hebben.

Daarnaast is het hoogst twijfelachtig dat de stelling zou kloppen dat Lukaku tegen de Ierse verdediging – die weinig ruimte zal weggeven – weinig te zoeken heeft als aanvaller die graag ruimte gebruikt. Sinds het WK in Brazilië speelt elke tegenstander op die behouden manier tegen de Rode Duivels. Tegen Ierland worden de Belgen heus niet met een nieuwe realiteit geconfronteerd. Behoud je vertrouwen dus maar in Romelu, Marc Wilmots. De natie dankt u.

Fier, kritisch en optimistisch – een open brief aan de Rode Duivels-fans

Beste Rode Duivels-fans

Jullie mogen fier zijn. Volgende week maandag staat jullie team voor het eerst in de geschiedenis helemaal bovenaan de FIFA-ranking. Nog maar zeven andere ploegen hebben die positie ooit bekleed sinds de invoering van de ranglijst in december 1992: Duitsland, Italië, Brazilië, Nederland, Frankrijk, Argentinië en Spanje. Stuk voor stuk voetbalgrootmachten – nou ja, Nederland – niet slecht voor een ploeg die zes jaar geleden nog hopeloos achterop hinkte op de 66ste plek tussen Macedonië en Marokko. De eerste plek op de ranking valt vooral te verklaren dankzij de mooie reeks die de Rode Duivels onder Marc Wilmots hebben geboekt. De bondscoach blijft terecht niet zonder kritiek, maar wat de resultaten betreft valt hem weinig te verwijten. Wanneer we de wedstrijden met inzet in rekening brengen – de kwalificatiematchen voor het WK in Brazilië en EURO 2016 en de vijf wedstrijden op de WK-eindronde – scoorden de Rode Duivels een 61/75. Met de vriendschappelijke matchen daaraan toegevoegd wordt het een 91/120. In universiteitstermen is dat net geen grote onderscheiding.

Jullie moeten echter ook kritisch blijven. De eerste plaats op de FIFA-ranking is een prestatie om te koesteren – een klein land als het onze bovenaan die lijst komt misschien nooit meer voor – maar we mogen er ons ook niet op blindstaren. De alternatieve Elo-ranking plaatst ons land pas op de elfde stek en op de ranglijst van de UEFA nemen de Duivels de zevende plaats in. Onterecht is dat niet. De afgelopen jaren hebben Kompany en co immers maar tegen één echt topland gespeeld – Argentinië op het WK – en in die wedstrijd beten ze in het zand. Tegen Frankrijk werd een mooie vier op zes genoteerd, maar dat ging telkens slechts over een vriendschappelijke interland. Het voetbal dat de Rode Duivels in de afgelopen kwalificatiecampagne op de mat brachten wijst bovendien ook op de relativiteit van de eerste plaats op de FIFA-ranking. Voetballend lijken de Belgen nog niet echt progressie te hebben gemaakt sinds het bereiken van de kwartfinales op het WK in Brazilië van vorige zomer. Zelf initiatief moeten nemen wanneer een tegenstander een dubbele muur optrekt voor het eigen doel blijft nog altijd een pijnpunt.

Jullie mogen evenwel ook optimistisch zijn. We zijn minder dan acht maanden verwijderd van het EK, maar in sport is dat een eeuwigheid. De recentste interlandreeks bewijst eveneens dat er nog hoop is op een knalprestatie in Frankrijk. De wedstrijd in Andorra was geen waardemeter, maar de daaropvolgende match tegen Israël toonde aan dat de verhuis van Kevin De Bruyne van de flank naar het centrum misschien wel eens het ontbrekende radertje zou kunnen zijn in de machine die de nationale ploeg is. Toeval bestaat niet: de Rode Duivels speelden hun beste wedstrijd uit de ganse campagne en creëerden veel meer kansen. Bovendien kan bondscoach Marc Wilmots met De Bruyne centraal een extra dosis creativiteit op de flanken inbrengen. Kortom een geslaagde test die om een vervolg schreeuwt in de twee oefeninterlands tegen Italië en Spanje die binnen enkele weken gespeeld worden. Ondertussen liggen de verwachtingen ook minder hoog voor deze groep Rode Duivels, vooral in de buitenlandse media. Op het WK werden de Belgen nog beschouwd als een gevaarlijke outsider, nu dicht de mondiale pers de ploeg een iets bescheidenere rol toe. Maar is dat net geen positie die ons land beter ligt? In combinatie met het harde werk dat nog geleverd zal worden, het aanwezige talent en jullie uitstekende reputatie als supporters zou dat wel eens vonken kunnen geven.

Tot in Frankrijk!

Thomas Lamm

Perpetuum mobile

Met de WK-finale Duitsland-Argentinië hebben we eindelijk een punt kunnen zetten achter het voetbalseizoen 2013-2014. Al is een einde natuurlijk relatief in de week waarin Zulte Waregem als eerste Belgisch club de nieuwe jaargang aftrapt in de voorrondes van de Europa League, voorrondes die trouwens al sinds 1 juli aan de gang zijn.

Het perpetuum mobile dat het moderne voetbal is geworden is ongetwijfeld nefast voor de fysieke paraatheid van de voetballers, maar het spelniveau heeft er op het WK in ieder geval niet onder geleden. De afgelopen maand hebben we mooi voetbal geserveerd gekregen. Veel doelpunten, af en toe een verrassende wending – wie vooraf Costa Rica de kwartfinales zag bereiken zou bij de bookmakers een gouden zaak hebben kunnen doen – en een stevige dosis spankracht. Ideaal voor de lange zomeravonden in juni en juli.

Aan de eindzege van de Duitsers valt weinig af te dingen. In de finale had de Mannschaft niet veel overschot – wat ook de verdienste was van een stevig Argentijns blok – maar op basis van een gans tornooi presteerde Duitsland van alle ploegen het meest constant. Al van in de groepsfase stonden Neuer en co er, daarbij steeds beredeneerd voetbal koppelend aan frivole combinaties. En als we binnen twintig jaar op dit WK terugblikken, zullen ze de hoofdrolspelers zijn van de eerste wedstrijd die we ons voor de geest kunnen halen: de halve finale Brazilië-Duitsland. Met 1-7 de grootste nederlaag ooit voor de Seleção en bovendien het eerste verlies voor de Brazilianen in eigen huis in een match met inzet sinds 1975. Niet dat het de vierde wereldtitel voor de Duitsers rechtvaardigt, maar het geeft het wel extra glans.

De triomf van de spelers van Joachim Löw komt niet uit de lucht vallen. De alom geprezen drastische vernieuwingsoperatie na het faliekant afgelopen Euro 2000 waarbij het Duitse voetbal nagenoeg van nul opnieuw werd opgebouwd, werpt duidelijk zijn vruchten af. Onder meer de oprichting van onafhankelijke voetbalacademies, strengere regels voor de clubs wat betreft jeugdopleiding en een grotere focus op tactiek en techniek hebben de Mannschaft gebracht waar het vandaag staat: aan de top van het wereldvoetbal. Sinds 2006 bereikten onze oosterburen op elk WK en EK minstens de halve finale.

Niets wijst erop dat het Duitse succes de komende jaren zal afnemen. Net zoals de voetbalkalender geen seizoenen meer kent, denkt de viervoudige wereldkampioen niet in cycli. Bondscoach Löw dient zijn groep constant een shot verjonging toe. Ook voor het afgelopen tornooi selecteerde hij enkele talenten zoals Erik Durm en Matthias Ginter. Een goede jeugdopleiding is immers zinloos indien er geen trainer opstaat die die jongeren kansen geeft. Marc Wilmots heeft dat met de WK-tickets voor Divock Origi en Adnan Januzaj duidelijk ook beseft. Dat Wilmots dus die ingeslagen weg maar verder blijft bewandelen.

Geen eindpunt

Na drie weken WK hebben de Rode Duivels opnieuw voet op Belgische bodem gezet. Vele fans hadden ze liever een week later zien aankomen, maar het is niet anders. De prestatie tegen Argentinië rechtvaardigde geen plek in de halve finales.

De 1-0 van Higuaín kwam door een afgeweken bal ongelukkig tot stand, maar laten we niet onder de mat schuiven dat Kompany en co vanaf het eerste fluitsignaal door de Argentijnse tegenstander stevig onder druk werden gezet. En niets liet uitschijnen dat de Zuid-Amerikanen die houdgreep zouden gelost hebben, indien een brilscore op het bord zou hebben blijven staan. Vervolgens werd nog maar eens duidelijk dat de Duivels steeds in de problemen komen als een tegenstander zich massaal terugtrekt. In negentig minuten voetbal noteerden we slechts drie (halve) kansjes: een schot van De Bruyne dat te centraal gericht was, een kopbal van Mirallas die naast het doel belandde en Lukaku die ongelukkig voor een voorzet koos in plaats van zijn eigen kans te gaan. Te weinig om op dit niveau succes te oogsten.

Een speler als Eden Hazard had daarvoor met zijn creativiteit een oplossing kunnen bieden, maar hij trok tegen Argentinië de lijn van zijn tegenvallend WK verder door. Slechts één keer zagen we een teken van de klasse van het nummer tien: zijn actie die de 1-0 tegen Rusland inluidde. In de overige wedstrijden beet hij echter steeds zijn tanden stuk op de verdediging. De Hazard die rond januari de pannen van het dak bij Chelsea speelde, is in Brazilië nooit komen bovendrijven.

Toch zou het niet fair zijn om de zwarte piet – als die term nog gebruikt mag worden tenminste – door te schuiven naar Hazard. Het is fysiek onmogelijk een speler een seizoen lang zeventig wedstrijden op een even hoog niveau te laten afwerken. En bovendien is het verdomd handig om over iemand te kunnen beschikken die op zijn eentje een defensie kan openbreken, maar een ploeg afhankelijk laten zijn van één individu houdt altijd grote risico’s in. De Rode Duivels hadden ook kunnen opteren voor het collectieve, maar we begrijpen nog steeds niet waarom Marc Wilmots op training niet meer aandacht besteedt aan looplijnen en andere tactische ingrepen. Wat dat betreft is het een nadeel dat een nationale ploeg doorheen het jaar slechts op enkele momenten samenkomt, maar tijdens de zeven afgelopen weken had er meer gefocust kunnen worden op automatismen.

Deze WK-campagne als mislukt bestempelen zou ook niet eerlijk zijn. Als we Argentinië bejubelen voor hun verdedigende maar realistische aanpak tegen België, moeten we hetzelfde doen voor de Duivels. Uitgezonderd het penaltydoelpunt tegen Algerije slikten de Belgen in de reguliere speeltijd van de vijf afgewerkte wedstrijden slechts één doelpunt. En waar we drie jaar geleden met zijn allen blij waren dat het nationale team tot op de laatste speeldag meestreed voor een plek in de barrages van de kwalificatieronde voor Euro 2012, hebben de troepen van Marc Wilmots zich nu bij de beste acht ploegen wereldwijd geknokt. Mensen vergeten snel.

Bovendien is dit geen eindpunt. Nu al was de Belgisch selectie een van de jongste op dit WK en met Thorgan Hazard, Junior Malanda, Michy Batshuayi en nog enkele anderen staat er heel wat jong talent te trappelen aan de deur. Natuurlijk hebben de Rode Duivels nog veel te leren – een echte topploeg werd er onder Marc Wilmots nog niet verslagen – maar de voedingsbodem is zeker aanwezig. De voldoende waarmee de Duivels het WK afsluiten zou na de volgende grote afspraak, Euro 2016, dus wel eens in een onderscheiding kunnen veranderen.

Sequel

Een wedstrijd die zo uit een Hollywoodfilm zou kunnen komen, de kwartfinale van de Rode Duivels tegen uitgerekend de VS kon niet beter omschreven worden. Alle elementen waren aanwezig: actie, spanning en op het einde de ontlading. Alleen de Amerikanen waren voor een keer als de bad guys gecast.

Of Kompany en co over enig acteertalent beschikken betwijfelen we, maar hun prestatie dinsdag komt zeker in aanmerking voor een Oscar. Een groepsfase lang leken de Belgen met de rem op te spelen, maar tegen Amerika werd het gaspedaal stevig ingetrapt. Aanvalsgolf na aanvalgolf volgde en achterin werd er behalve een reuzenkans voor Chris Wondolowski op het einde van de reguliere speeltijd en een alles-of-niets-offensief van de VS in het slot van de verlengingen weinig tot niets weggegeven. De overdrijving is de sluipende moordenaar van de journalistiek, maar dit waren ongetwijfeld de sterkste 120 minuten van de Duivels onder de leiding van bondscoach Marc Wilmots.

De held in de blockbuster van de Duivels was ongetwijfeld Romelu Lukaku. De sterkste verhalen in de sport gaan altijd over revanche en dat is bij Lukaku niet anders. Weggehoond na zijn zwakke prestaties tegen Algerije en Rusland en daarbovenop nog eens bekritiseerd voor zijn gedrag bij zijn wissel in de match tegen de Russen, maar zijn invalbeurt tegen de VS mocht gezien worden. Bijna elke keer als de Evertonspits de bal kreeg, kon hij er gevaar uit puren en met zijn assist voor Kevin De Bruyne en even later zijn eerste WK-treffer werd hij de man van de wedstrijd. Het bewijs dat wanneer Lukaku in een match zit waarin de ruimte voor hem ligt – zodat hij zijn snelheid en kracht kan uitspelen -hij een uiterst dodelijk wapen is. Een tank op noppen.

Die tank zal de nationale ploeg vandaag tegen de Argentijnen meer dan nodig hebben, want de opdracht belooft zwaar te worden. Al kon het Zuid-Amerikaanse land op dit tornooi nog op geen enkel moment overtuigen en heeft de tweevoudige wereldkampioen op de afgelopen eindrondes ook niet al te veel klaargespeeld, met Ángel di María, Ezequiel Lavezzi, Gonzalo Higuaín, Sergio Agüero en Lionel Messi beschikt het offensief over een indrukwekkend wapenarsenaal. De Duivels zullen hun prestatie van de achtste finales dus minstens moeten bevestigen om zich een ronde verder te knokken en bovendien hun efficiëntie opkrikken.

Helemaal onmogelijk is dat niet. De vreugde na de kwalificatie voor de kwartfinales was dinsdag na het laatste fluitsignaal groot in het Belgische kamp, maar de focus werd er al gauw op de wedstrijd tegen Argentinië gelegd. De honger lijkt nog niet gestild. Een sequel is zelden beter dan de oorspronkelijke film, maar in het geval van de Duivels zou dat wel eens anders kunnen zijn.